zaterdag 24 april 2010

Baal

De avond begint met Brechtliederen. In de hal van de foyer klinken de strijdliederen over solidariteit en de rode vlag. Als je ze zo beluistert zijn de teksten zo op deze manier wel heel erg uit de tijd; wie verlangt er nog naar de rode vlag. De liederen komen beter tot hun recht als ze als lied door een individuele zanger worden gezongen dan zo massaal door een koor. Brecht is voor mij toch vooral de Dreigroschenoper. De zaal binnenlopend denk ik aan opvoeringen hier in de Schouwburg, in het Burgtheater in Wenen en de indrukwekkende versie van het Berliner Ensemble (de groep van Brecht) in de regie van Robert Wilson vorig jaar.
Baal kan me deze avond minder boeien. Het verhaal van de kunstenaar die de maatschappij wil shockeren en steeds meer zijn eigen pad trekt. Die verleidt, verlaat en steeds zijn eigen plan trekt, maar de vraag is of hij er echt gelukkig van wordt. Fania Sorel speelt Baal, dat doet ze goed, echter de ervaring van Branden speelt nog door mijn hoofd. Interessant is wel om te zien welke vormelementen terugkeren in beide voorstellingen: de spelers die voortdurend op het podium zijn; de doeken die als schermen het toneel in stukken opdelen en één voor één neervallen. Een interessant vormexperiment, maar niet een voorstelling die mij echt raakt.

Geen opmerkingen: