woensdag 29 december 2010

Potiche. Verrukkelijke jaren '70 film.

Het begin van de film is helemaal in stijl, beeld, lettertype, muziek en Catherine Deneuve die jogt door de bossen. Ze ziet een hertje, een eekhoorntje, en twee konijnen die druk bezig zijn, en maakt er een klein gedichtje over. Suzanne is de vrouw van Robert een paraplufabrikant en een mannelijke tiran. Ze lijkt zich te hebben neergelegd bij het feit dat ze geen eigen mening mag hebben, zijn overspel moet tolereren en blij mag zijn met al haar huishoudelijke apparaten. Haar kans komt echter als er een staking uitbreekt en haar man een hartaanval krijgt en zij de leiding van de fabriek over moet nemen. Dat gaat onverwacht goed en ze wil dan ook niet wijken als Robert hersteld terugkeerd. Maar op vrouwelijke solidariteit van haar dochter hoeft ze niet te rekenen; die helpt haar vader terug aan de macht. Maar gelukkig heeft zij, ondersteund daar haar zoon, nog een verrassing in petto. Als ze niet lang haar bedrijf kan leiden, dan biedt de politiek een nieuwe mogelijkheid. Een mooie manier om ook iets te zeggen over de (on-)mogelijkheden van vrouwen in de (Franse) politiek.
De film is prachtig vormgegeven. Alles klopt: de kleren, de muziek, de borden en zelfs het gemeentehuis (let op de ramen en deuren). Maar er is veel meer. De warme gloed van de vroegere liefde tussen Suzanne en de huidige communistische burgemeester-kamerlid (Gerard Depardieu). Ze vinden iets van hun vroegere liefde terug, maken een dansje, maar Suzanne beseft dat de weg terug niet meer kan. De onverwachte kanten van Suzanne in de liefde, wat gebeurt er als ze een lift aan neemt (en waar wijzen de konijntjes naar vooruit). Robert die terugkomt van vakantie en eerst weer naar zijn secretaresse verlangt. Als zij hem echter afwijst, krijgt zijn vrouw de armband en niet zij. Haar zoon die steeds homoseksueler blijkt en een relatie krijgt met iemand aan wie hij eigenlijk te nauw is verwant. Maar het is vooral Catherine Deneuve die de show steelt, want als ze moet gaan onderhandelen met de stakers dost ze zich uit met al haar juwelen want zij hebben toch recht om te zien waaraan zij hebben bijgedragen. Stijl, charme en vele onverwachte kanten dat alles heeft Suzanne. Geheel verwarmd, verheugd en vol goede moed verlaten we de bioscoop.

Double Sexus: seks, gender en geweld.

In het gemeentemuseum in Den Haag is het druk op deze dinsdagmiddag. De tentoonstelling Double Sexus brengt het werk samen van Louise Bourgeois en Hans Bellmer. Werk waarin seksualiteit en gender centraal staat. Bij één van de eerste foto's van Bellmer van zijn 'pop' gaan de gedachten uit naar de eerste serie van Dexter en de delen van een pop die hij daar steeds krijgt. Misschien niet eens zo'n vreemde associatie want naast seksualiteit neemt geweld ook een belangrijke plaats in het werk van beiden. Bellmer maakte zowel foto's van een pop of liever gezegd van lichaamsdelen die samen een 'pop' vormen als ook magisch-realistische tekeningen. Steeds wordt gezocht naar wat seksualiteit en gender inhouden.


Louise Bourgeois is vooral bekend door haar grote spinnen zoals onder andere in de Tate Modern een paar jaar geleden. Nu staat er één in de vijver van het gemeentemuseum. Een spin als beeld van de moeder. Haar andere werkt varieert van beelden die het mannelijke en vrouwelijke op bijzondere manieren combineren maar ook tekeningen als deze 'Ten AM is when you come to me'. Tekeningen die meer tederheid uitstralen. Zo vormt de tentoonstelling een intrigerende tocht langs seksuele gedachten, mogelijkheden, geweld en spanning, maar ook tederheid die komt van het samen zijn.

zondag 26 december 2010

Johan Thorn Prikker in Boijmans en in de Burgerzaal

Als je regelmatig op het Rotterdamse stadhuis komt, vormen de wandschilderingen een vertrouwd gezicht. In de raadszaal figuratief en in de Burgerzaal met iets meer abstracte vormen. Goed bekijken doe ik ze echter zelden. Pas tijdens de museumnacht in 2009 werd de schoonheid van de schilderingen in de Burgerzaal, juist doordat ze prachtig werden belicht, me pas echt duidelijk bij een voorstelling van 'Het Lage Licht'. In Boijmans is nu een grote overzichtstentoonstelling te zien van Johan Thorn Prikker, de schilder van onder andere de wandschilderingen in de Burgerzaal. Opmerkelijk genoeg werd destijds dit ontwerp van hem over de haven voor de raadszaal afgewezen.
De mooie tentoonstelling laat de diverse aspecten van het werk van Prikker zien. Beginnend bij zijn symbolistische werk met Maria tussen tulpen en een lijdende Christus, zijn politieke tekeningen en zijn meubels. Zijn grote succes kwam in Duitsland met wandschilderingen, maar vooral met glas-in-lood-ramen. Eerst realistisch en symbolisch, maar steeds abstracter. In Düsseldorf in museum kunst palast zagen we een prachtig raam in het trappenhuis en de opstelling van de ramen in Boijmans is bijzonder mooi. Het nodigt uit om bijvoorbeeld de kerk in Keulen te gaan bekijken. Een volgende keer in de Burgerzaal kijk ik toch beter naar de wandschilderingen.

donderdag 23 december 2010

Moord in de kerststal

Kerstverhaal meets Agatha Christie dat is dit jaar de kern van de kerstvoorstelling van het Rotheater. Na de moderne sprookjesmix van 'Lang en gelukkig' en het niet helemaal wilde westen van Snorro zijn we nu in hotel 'De Goede Afloop' met een kerststal als zogenaamde themakamer. De zaal heeft er zin in, de spelers hebben er zin in, er wordt volop gelachen en er zijn actuele grappen.
Sommige elementen zijn sterk. Allereerst Jack Wouterse als Agatha Christie, wijs en in het zicht van de dood, zeker als hij omgeven wordt door allemaal kleine mini Agatha's. De engelen beginnen sterk. De sprekende ongeboren Jezus en de nuffige ezelin en Brabantse Oss zijn grappig. Het geheel heeft echter naar mijn gevoel minder vaart dan de eerdere voorstellingen. Natuurlijk de uitgebreide uitleg over hoe de moord nu in elkaar zit, hoort bij de Agatha Christie boeken. Maar toch kom ik niet helemaal in de flow van de voorstelling. Voor de pauze komt het verhaal wat traag op gang en Billy de bell boy heeft niet dezelfde pit als Knoop of Snorro.
Natuurlijk zijn het kerstverhaal en Agatha Christie over bekend en dat maakt de voorstelling leuk, maar het echte spel met beide elementen komt maar ten dele tot stand. Ik wachtte op de echte pit of het echte over the top, maar voor mijn gevoel kwam dat niet. Dan is het slotnummer 'Ik geloof dat ik vlieg' toch minder het hoogtepunt waar ik op had gehoopt.

Al mijn zonen

Vorig seizoen speelde Oostpool 'Van de brug af gezien', nu bracht Toneelgroep Amsterdam 'Al mijn zonen'. Beide sterke stukken waarbij het wachten is op de noodlottige afloop. Centraal in 'Al mijn zonen' staat de verhouding tussen vader Joe Keller, moeder Kate, zoon Chris en de overleden zoon Larry. Moeder gelooft hardnekking dat Larry niet dood is, maar vermist. De komst van Larry's vroegere verloofde Ann, op uitnodiging van Chris om haar een huwelijksaanzoek te doen, zet de verhoudingen op scherp. Immers haar vader, en Joe's vroegere compagnon, is veroordeeld omdat hij beschadigde vliegtuigonderdelen had geleverd. Iets wat leidde tot de dood van 21 soldaten.
De dood staat tussen de familieleden in. Moeder kan de dood van Larry niet aanvaarden, Chris worstelt met het leven na de doden die hij zag aan het front en vader Joe blijft ontkennen dat hij het was die verantwoordelijk was voor de foutieve onderdelen en dus de dood van die soldaten. De vraag is wat sterker is de noodzaak van de waarheid of de familiebanden en het ophouden van de schijn en de illusie. Aan het einde van het stuk heeft Chris voor de naakte waarheid gekozen en staat hij alleen.
Het is een krachtige en fysieke voorstelling, met letterlijk het gevecht tussen vader en zoon. Een gevecht in de regen en de modder, omdat alleen in die elementen de confrontatie kan komen. Roeland Fernhout speelt de zoon eerst ingetogen, twijfelend over wat wel en niet kan, maar uiteindelijk kan hij niet terug. Fred Goessens is de vader die zichzelf op alle mogelijke manieren probeert te overtuigen dat hij toch het goede heeft gedaan voor zijn familie. In haar rol als moeder herinnert Marieke Heebink aan haar rol van mormonenmoeder in Angels in America. In de regen stromen de illusies weg, illusies over de familie, over wat eens weg, maar ook over een mogelijke toekomst. Alleen verlaat Chris het podium.

Foto: Sanne Peper

Sneeuw in de duinen



Even er een paar dagen tussen uit geweest. In Santpoort waar familiegeschiedenis ligt. Gewandeld in de besneeuwde duinen.

The Krazy House. Dansen: terughoudend of vol overgave.

De fotografe Rineke Dijkstra is beroemd geworden met haar portretten van jongeren. Frontale foto's die de kern van de jongeren in beeld proberen te vatten. In 'De Hallen' in Haarlem is nu de tentoonstelling 'The Krazy House' te zien. Opnieuw staan jongeren centraal maar nu vijf jongeren die dansen. Dansen in een speciaal gemaakte studio op hun eigen favoriete muziek. Het is een prachtige videoinstallatie geworden.
De jongeren weten zich bekeken door de camera en gaan daar elk op hun eigen manier mee om. Soms eerst ingetogen, schoorvoetend en slechts kleine bewegingen makend, maar dan toch daarna de overgave. Of de Gothic jongen die zich totaal overgeeft aan de muziek, volop headbangend en luchtgitaar spelend. Maar dan als de muziek stopt dan kijkt hij, lacht hij, niet verontschuldigend maar toch enigzins van 'zie mij nou'.
Bijzonder vond ik het verschil tussen de twee jongens en drie meisjes. De meisjes waren meer ingetogen, de jongens gingen er vol in. Niet alleen met Gothic, maar ook op house. Toeval of zegt het iets over de mate van vrijheid die jongens en meisjes hebben om zich te presenteren. Soms was het duidelijk dat de bewegingen afkomstig waren uit een videoclip, op andere momenten werd er een eigen vorm aangegeven. Steeds was er de grens van presentatie en authenciteit. Fascinerend om te zien.

Foto: Rineke Dijkstra

zondag 19 december 2010

You Will Meet a Tall Dark Stranger

Een nieuwe Woody Allen-film is altijd iets om naar uit te kijken. Altijd onderhoudend, goede acteurs, goed gefilmd, soms scherp, soms bijtend, soms ontroerend. Bovendien voelen de films ook vertrouwd aan. Je zou bijna kunnen zeggen dat het afleveringen zijn uit een serie, een serie met een jaarlijkse aflevering. De aflevering 2010 was er eentje die wel aardig was, maar was niet echt scherp. Zeker ik heb een genoegelijk 90 minuten beleefd, maar buiten in de sneeuw was de film weer snel verdwenen.
In Londen zoeken mensen hun troost in illusies om zo aan het alledaagse leven, de ouderdom en de dood te ontkomen. Anthony Hopkins verlaat zijn vrouw omdat hij jong wil blijven en valt voor de prostituee Helena (met flauwe maar toch leuke grapjes over haar accent en hoe ze het jammer vond dat Spoken van Ibsen niet eens eng was). Zijn vrouw zoekt haar heil bij een waarzegster. Zijn dochter is getrouwd met een schrijver en raakt verliefd op haar baas. En de mislukte schrijver denkt zijn muze te vinden in de mooie overbuurvrouw in rood. Vooral bij haar keuze voor hem vraag je je af wat haar bezielt; de wannabe schrijver is duidelijk een zelfingenomen kwast die nooit iets werkelijks zal schrijven.
Aan het eind van de film lijkt iedereen ondanks alle grappen ongelukkiger dan bij aanvang. Slechts de verlaten vrouw heeft door haar onbegrensde geloof in de waarzegster iets wat lijkt op een nieuwe liefde gevonden. Voor haar bleken illusies beter dan pillen. Voor de anderen zijn er geen pillen noch illusies. Maar die zwarte conclusie raakt niet.

vrijdag 17 december 2010

Welk Stuk. Theater en politiek.

De discussie over politiek en kunst is door de bezuinigingen actueler dan ooit. Zijn het gescheiden werelden, moet kunst een boodschap hebben, kan een zoektocht interessant zijn? Laura van Dolron maakt nu de voorstelling 'Welk stuk' waarin ze deze week elke dag een andere politicus ontving. Dinsdag zagen we de voorstelling met Pieter Omtzigt, Tweede Kamerlid voor het CDA.
Laura van Dolron maakt intelligent theater waarin ze vragen stelt, op onderzoek gaat, twijfelt en met zichzelf als personage speelt. De voorstelling 'Welk stuk' heeft ze al gespeeld met acteurs en caberetiers gespeeld en nu dus met politici. Als een belangrijk deel van je werk bestaat uit samenwerken met wethouders is het extra interessant om naar deze voorstelling te kijken. Ik stelde me voor hoe een aantal van de wethouders die ik ken het in dit stuk zouden doen. Ik hoop dat als ze ooit gevraagd worden dat ze het ook doen.
De voorstelling vraagt overgave. Overgave als een takje dat zich op de stroom van de rivier laat meedrijven. Overgave aan de tekst van Laura van Dolron. Overgave omdat soms in de tekst van een ander meer authenciteit ligt dan in het gebruike geritualiseerde gebrabbel dat je als antwoord krijgt op een vraag. Pieter Omtzigt gaf zich echter niet zomaar over. Hij hield zich zelden strikt aan de tekst, maar gaf zijn eigen twist aan de tekst. Je zag hem letterlijk en figuurlijk worstelen met de tekst en met het idee. Wilde hij wel alleen de speler zijn die een tekst opleest. Nee hij wilde meer. Wilde Laura tenslotte niet een werkelijk gesprek met de politicus, waarom dan alleen in voorgeschreven teksten? Want als je gelooft dat er integere politici zijn ga dan het echte gesprek met ze aan zo stelde hij. Het werd zo soms een duel, alsof je naar schermers keek, fijnzinnig en scherp en het hield me op het puntje van mijn stoel.
Aan het einde draaien de rollen zich om en Pieter Omtzigt blijkt een goed regisseur. Hij legt (als financieel specialist) Laura een tekst in haar mond over de BTW-verhogingen die ze eigenlijk niet wil uitspreken. Hij bouwt snel door op het denken van Laura van Dolron en formuleert scherp. En hij ontroert de zaal door Laura zijn moeilijke opdracht te laten oplezen. Geen gedoe met gekkigheid maar een moedige en integrere tekst over twijfel, schaamte en integriteit.
De NRC vond in haar recensie van woensdag dat het ontregelende karakter van het stuk niet werkte omdat een politicus als Pieter Omtzigt de regie nooit uit handen geeft. Maar dat was niet mijn ervaring. De kern was juist de spanning tussen regie en overgave. Waar de NRC aan voorbij ging is het bijzondere karakter dat Laura van Dolron aan een voorstelling geeft. Enerzijds scherpe teksten en vragen, anderzijds een haast naïeve benaderingswijze maar toch echt met warmte en gevoel van hoop. Dat in combinatie met een politicus die soms een takje op de stroom is, soms een tak die klemt in de vernauwing van de rivier, dan een andere bedding zoekt en als hij zelf rivier mag zijn ook kronkelt en vraagt, maakte het tot een bijzondere en fascinerende avond. Indrukwekkend om zo theater en politiek samen te brengen. Daar betaal ik graag 13% meer voor.

Was will das Weib?

Het eenvoudige metalen bed herinnert aan 'Gij zult niet doden' uit de Tien Geboden van NTGent. Daar was Els Dottermans de moeder die haar ter-dood-veroordeelde zoon bezocht en zijn verhaal vertelde, vol gevoel en al sinasappels pellend. Een van de meest intense voorstellingen die ik de laatste jaren zag, zeker ook door haar rol. Els Dottermans is een bijzondere actrice die bij NTGent schitterde in rollen in Platform, Kasimir en Karoline en in 'Ik val ..Val in mijn armen'. Die laatste voorstelling zag ik een paar jaar geleden in de Schouwburg en ik viel voor de voorstelling. Samen met Wim Opbrouck zong ze country en western songs. Het was theatraal, grappig en vooral ook warm.
Met haar nieuwe muziektheatervoorstelling 'Was will das Weib' gaat ze solo (wel met band en achtergrondzangeres). Met teksten van Connie Palmen zingt ze over de zelfstandige vrouw, al haar aspecten komen aan bod. Van de liefde, schoenen, het erotische en de eigen keuzes. Het meeste indruk maakt een prachtige ontroerende nieuwe versie van 'Ne me quitte pas' in vertaling van Peter Verhelst. Die ontroering is mooi, maar daar had er meer van mogen zijn. Het is leuk, soms grappig, maar 'Ik val ..Val in je armen' raakte me meer, dat was warmer. De Schouwburg verlatend bedacht ik me wel dat het spannend zou zijn om Els Dottermans eens samen te zien in een muziektheatervoorstelling met die andere bijzondere zingende actrice Hadewych Minisin.

zaterdag 11 december 2010

Het Geheim


Naar de film met mijn nichtje en neefje is anders dan gewoon een film zien. De spanning is anders en af en toe kijk je naar hen om te zien hoe zij het ervaren. In een zaal met kinderen merk je ook meer hoe de spanningsopbouw van de film is: lukt het om de aandacht de hele tijd vast te houden. Bij 'Het geheim' lukt dat bijna de hele tijd.
'Het Geheim' is een echte familiefilm. Ben wil goochelaar worden en de grote verdwijntruct leren. Beginnen moet hij echter in een ongewild komisch duo met zijn sullige, zenuwachtige vader. Het wordt pas beter als zijn nieuwe klasgenote Sylvie mee wil gaan werken als assistente en ook nog een konijn heeft. Echter het gaat mis als zijn vader Sylvie laat verdwijnen en niet meer terug kan goochelen. Hoe moet dit aan de rijke, op het oog koude en gescheiden moeder van Sylvie verteld worden. En hoe kan het opgelost worden.
Naast een spannende en warme jeugdfilm bevat de film ook voldoende ingrediënten om voor volwassenen leuk te zijn. Een puberdochter die blij is met de pers die om het huis zwermt omdat ze zo denkt ontdekt te kunnen worden. Hans Klok die een cameo heeft als oliebollenbakker. En een happy end is altijd prettig met een familiefilm,

vrijdag 3 december 2010

Spelen of sterven

"En ieder wacht zonder onderscheid het rijk der vergetelheid". Dat is het citaat van Anna Blaman dat Bonheur gebruikt om hun nieuwe voorstelling 'Spelen of sterven' te karakteriseren. In het Anna Blamanjaar is het na de monoloog van Minnekus de Groot, de onthulling van het monument in de vorm van motor, de herdenking op de begraafplaats en nieuwe boeken over Anna Blaman brengt deze voorstelling een aantal verhalen tot leven. Verhalen waarin de eenzaamheid en de zinloosheid van het leven centraal staat.
Met een metalen geraamte worden vier besloten ruimtes getoond. Ruimtes waarin de taal van de jaren '50 wordt gesproken. Taal van geheimen, taal van bekentenissen, even de taal van hoop, vaak de taal van eenzaamheid en de taal van verlies. De dood is niet de vijand maar een uitweg, een verlokking en kan helpen om het lijden van het leven te voorkomen. Hoewel er goed geacteerd wordt, blijven de verhalen toch op afstand. De personages maken niet veel ontwikkeling door. Ze zijn de eenzame kale vrouw, de angstige jongen of de vader die niet weet hoe die moet handelen. Hoe mooi soms de zinnen ook zijn, raken doet de voorstelling niet echt.

Het winnen van een parel

Afgelopen woensdag mocht ik de ZonMw parel in ontvangst nemen uit handen van drs. Cathy van Beek, vicevoorzitter van de Nederlandse Zorg Autoriteit. Hoewel ik al enige tijd wist dat ik deze prijs zou kregen zat ik tijdens het 14e nationaal congres soa*hiv*seks toch vol spanning te wachten op het moment. Het is bijzonder om zo'n prijs te krijgen. De ZonMw parel wordt maar een paar keer per jaar uitgereikt aan bijzondere projecten gefinancierd door Zonmw.
Natuurlijk ben ik trots op wat we gezamenlijk bereikt hebben sinds we in 2004 begonnen met het project wat uitgroeide tot Sense. Tegelijkertijd is het ook vreemd om als projectleider alleen de prijs in ontvangst te nemen voor een project dat een samenwerkingsproject was van het Erasmus MC, CASA en de GGD-en Zuid-Holland Zuid, Zuidhollandse Eilanden en Rotterdam-Rijnmond. Een project dat bijzonder was in het ontwikkelen van de samenwerking tussen partijen met een verschillende achtergrond en het integreren van seksuele gezondheid, soa-bestrijding en abortushulpverlening. De parel is dan ook evenzeer voor de vele collega's die zich hard hebben ingezet voor Sense.
Bij de meeste onderzoeks- en ontwikkelprojecten is implementatie niet makkelijk. Voor Sense lag dat anders. Sense kwam op het goede moment en door de nauwe samenwerking met landelijke partijen als Soa Aids Nederland, de RutgersNissoGroep, ZonMw en het ministerie van VWS leidde het tot de landelijke regeling aanvullende seksualiteitshulpverlening. Van een regionaal project werd Sense een landelijk model en een landelijke website. Het is mooi om aan de start daarvan te hebben bijgedragen. En de parel? Die staat inmiddels glimmend op mijn bureau.

Foto: Adriaan Backer

maandag 29 november 2010

Broers wint ATFR 2010

Broers en zussen stonden centraal in de voorstellingen die afgelopen weekend het Amateur Theaterfestival Rotterdam wonnen. ‘Drie Zusters ‘ van SKVR / Het Nieuwe Werk, Pank met ‘Ik ben hier niet echt’ en ‘Broers’ van Het Lage Licht. Hoe gaan broers en zussen om met verlangens, met verlies en met verschillen? Die vragen werden op heel diverse manieren beantwoord.
Het ATFR begon zaterdag voor mij met de voorstelling ‘Moederliefde’ van Spiegeltje. Even dacht ik dat ik verzeild was in een voorbeeld van een nieuwe opvoedvisie die we in Rotterdam met elkaar willen realiseren. Een buurvrouw belt aan omdat zij zich zorgen maakt over een moeder, haar kinderen en de afwezige vader. Maar het goede gesprek komt niet tot stand omdat de moeder ook haar buren als kinderen gaat behandelen. Hoewel er een leuk decor was met spijlen van boxen, was de voorstelling niet meer dan een grappig niemendalletje.
Interessanter was het filmfragment van de voorstelling ‘Boven is het stil’ wat van Volle Maan te zien was. In een boerderij in Barendrecht hadden zij de roman van Gerbrand Bakker opgevoerd. Mooie beelden van wat een interessante voorstelling was. Stil naar film kijken was er niet bij bij de preview van ‘Homo naast God’ van Het Lage Licht. Een vorm van forumtheater die er op gericht is het thema homoseksualiteit binnen (orthodox-) christelijke groepen bespreekbaar te maken. Bijzonder is dat er direct een beroep op jou als toeschouwer wordt gedaan. Er werd een scène gespeeld van een jongen die misschien aan zijn moeder wil / moet vertellen dat hij homo is, maar dat niet doet. De vraag is aan jou wat jij anders in die situatie zou willen zien en twee toeschouwers mochten vervolgens hun idee uitproberen. Het bijzondere is dat in de scène voornemens dan toch niet zo makkelijk uitvoerbaar blijken als eerder gezegd. Een goede manier om het gesprek aan te gaan en hopelijk gaat dat effect hebben.
Boast nam het publiek met ‘Onder ogen’ mee naar de hel. Een pas overleden man komt in de hel, wordt gemarteld (uitgebeeld met teveel stroboscoplicht) maar daarna begint het lijden pas echt. Keer op keer moet hij vertellen waarom het mis ging met zijn relatie, zijn bravoure verdwijnt en de echte straf is het verlies. Mathijs Haak speelt deze man heel goed, maar de crux dat hij in de hel zit voor zijn overspel en besluit om daarna niet meer lief te hebben is toch een beetje zwak.
De eerste van de drie winnende voorstellingen was ‘Drie Zusters’. Hoewel ik me niet herinner wanneer ik het klassieke stuk van Tsjechow zag, was deze voorstelling wel mooi vormgegeven maar niet krachtig. Drie jonge zussen staan op een toneel vol krukjes en stoelen. Ze verlangen allemaal wat anders, naar hun overleden moeder en vader, naar het behouden van wat er is en slechts één verlangt naar iets buiten hun wereld. Maar daar komt ze nooit. De tekst van Bart Moeyart bevat mooie zinnen, maar die passeren te achteloos. Een voorstelling waar meer potentie in zat.
‘Ik ben hier niet echt’ is het klassieke en dramatische verhaal van de jongen die noodgedwongen in de oorlog belandt en zijn onschuld verliest. In het voormalige Joegoslavië zie je hem heen en weer schakelen tussen zijn sniper positie (waar hij de stand bijhoudt van zijn slachtoffers) en de jongen die hij eens was. Almir Karahodžić speelt zijn eigen tekst overtuigend. Je ziet voor je hoe hij zijn onschuld steeds verder verliest, hoe de dood van zijn broer hem ‘dwingt’ om ook sniper te worden en hoe dan zijn gevoel steeds verder verdwijnt.
‘Broers’ was niet alleen een winnende voorstelling maar won ook de publieksprijs en zaterdagavond gebeurde er ook iets magisch in de zaal. De spelers en het publiek kwamen in een flow met elkaar waardoor alles perfect werd. Het verhaal van dove Timo en zijn horende broer Mark is niet alleen universeel omdat het twee klierende pubers zijn waar de ouders een weekend weg zijn. Het is ook het bijzondere verhaal van wat het betekent om doof te zijn, om soms buitengesloten te zijn, en hoe beide broers daarvan balen. Een voorstelling met een sterke innerlijke noodzaak, maar ook leuk, ontregelend en ontroerend. In een beeld van Bas-tassen en steeds meer troep, zie je de broers worstelen. Bas Bonnier geeft bijzonder indrukwekkend vorm aan Timo. Hij is doof, maar als acteur is hij zoveel meer; als publiek voel je zijn energie, boosheid en slimheid. Benjamin Murck is de horende Mark, en je herkent jezelf als puber en hoe je baalt van (teveel) aandacht voor de ander. Zonder tolk zijn zij echter nergens en Emmy Keuling is die bijzondere tolk. Zij speelt met de conventies van de tolk, hoewel ze keurig begint ze rechts naast het beeld, wordt ze wsteeds meer deel van de actie. Ze leeft mee, je ziet haar reacties, hoe de broers met haar omgaan – als het over seks gaat moet ze even weg – en uiteindelijk kiest ze voor haar eigen mening. Dat is bijzonder en dat is intrigerend.
De tekst van Willy Hilverda was overtuigend en herkenbaar. De regie van Minnekus de Groot was energiek en bouwde de spanning steeds op (muziek die harder werd zodat het publiek Mark niet langer kon verstaan). De dramaturgische adviezen van Kees Deenik hadden gezorgd voor de bijzondere plaats van de tolk in het geheel. Alles viel op zijn plaats. Het publiek werd meegezogen in de voorstelling en reageerde dan ook laaiend enthousiast. Dat betekende dus ook de publieksprijs. Gesterkt door het feit dat broers ook broertjes blijven kon daarna het feest losbarsten.

Foto: Kees Deenik

vrijdag 26 november 2010

Reflecties in de Laurenskerk

'Ik zal leven. Ik zal sterven.' Dat is de tekst op een spiegelwand in één van de nieuw ingerichte kapellen van de Laurenskerk. Woensdag was dit het thema van het vierde 'Lof en lust' concert van Domestica: reflecties over het leven. De muziek, de gedichten en de monologen stonden in het teken van de dood, de liefde en daarmee ook het leven. Symbool daarvoor was het opschrijfboek dat schrijver en acteur Minnekus de Groot in elke scène bij zich heeft. Als vader die nooit afscheid van zijn reizende zoon kon nemen en nu er door heen bladert. Als zijn geliefde die moet leren leven met de leegte en zich vastklampt aan het boek en als Lucas, zoon, vriend en overledende die zijn boek moet laten gaan. Hij voelt zich nu licht.
De muziek is soms vrolijk, soms bekend (het dubbelconcert van Bach, maar dat blijft altijd mooi) en soms tragisch zoals in de muziek van Gesualdo. Het publiek zit in een halve cirkel om het orkest heen en versterkt zo de intieme sfeer van het spel en de voorstelling. De dood is aanwezig en deel van ons allen, waarbij de violiste fungeert als engel des doods. Door de gedichten en de monologen komt zowel de dood als de liefde dichtbij. Dat raakt je en blijft je bij.

Foto: Kees Deenik

maandag 22 november 2010

Majesteit: eenzaam maar niet alleen.

Kijkend naar de film Majesteit van Peter de Baan bekropen mij twee gedachten. 'Eenzaam maar niet alleen' was de eerste. Niet alleen de titel van de tamelijk religieus getinte autobiografie van Prinses Wilhelmina, maar vooral het gevoel dat ik kijkend over Beatrix (indrukwekkend vertolkt door Carine Crutzen) krijg. Na de dood van Claus is ze erg eenzaam, het verdriet drukt op haar. Maar ook voor zijn dood zijn er momenten van eenzaamheid. Dit wordt het meest treffend in beeld gebracht als Claus en de zonen aan tafel zitten en Friso (een kleine glansrol van Eelco Smits) grappen maakt over de problemen van het mogelijk huwelijk van Alexander en Maxima. Beatrix is boos naar buiten gelopen en terwijl zij in de gang staat sluit Friso de deur. Zij staat er buiten, net als haar grootmoeder omgeven door mensen maar toch eenzaam.
De tweede gedachte die bij me opkomt, is wat maakt dat we enerzijds gefascineerd zijn door de Oranjes en anderzijds het idee bestaat dat zij zelf van de monarchie af willen? In de recente tv-serie 'Den Uyl en de affaire Lockheed' ziet Juliana opeens haar kans schoon om de monarchie te laten beëindigen. En ook in Majesteit willen eigenlijk alle Oranjes, inclusief Beatrix, van de monarchie af. Beseffen we dan toch dat de monarchie eigenlijk een idioot systeem is, wat zoals Claus in de film zegt leidt tot misvormde mensen.
Historisch juist is Majesteit niet, wat dat betreft is het meer een vrije fantasie over wat er zou kunnen gebeuren. En juist omdat je weet dat het niet kan, is het des te leuker om Beatrix iedereen - de minister-president voorop - de mantel te zien uitvegen. Je kan je goed voorstellen dat ze zoiets zo graag zou willen doen. Maar het mooist is de film toch in de echte liefde tussen Beatrix en Claus. Liefde die pijn doet, maar die pijn maakt hun liefde niet minder de moeite waard. Die liefde blijft. Dat ontroert.

vrijdag 19 november 2010

Deel 1 van Harry Potter 7

Eindelijk is het dan zover: de nieuwe Harry Potter film is uit. Hoewel ik de nachtelijke voorpremière aan me voorbij liet gaan (terwijl bij het uitkomen van het boek ik toch echt in de rij bij Donner stond) klopte gisterenavond mijn hart vol verwachting. Deel 7 is het meest zwarte deel van de serie. De terreur en tirannie heersen en lange tijd lijkt de missie van Harry, Hermione en Ron dan ook uitzichtloos. Hoe kunnen zij Voldemort ooit verslaan? De film maakt de uitzichtloosheid en de verwarring goed zichtbaar. Opgejaagd van plek naar plek, achterna gezeten door 'snatchers' en luisterend naar eindeloze radioberichten over mensen die gedood zijn. Wel moet gezegd worden dat de spanning tussen Harry, Hermione en Ron in het boek nog sterker tot uitdrukking komt.
De film is ook spectaculair. Het vertrek van de zeven Harry's uit Privet Drive, hoe ze het lukt de hanger uit het Ministry of Magic te krijgen, de slang Nagini als de lieflijke oude dame Mathilda Bagshot en de redding door Dobby uit het huis van de Malfoy's. Erg mooi is ook de animatie die het sprookjesverhaal vertelt over 'The Elder Wand'. Dobby steelt aan het einde show, als een 'free elf', wil hij Bellatrix niet doden, maar zoals die zegt 'just mame or seriously injure you'. Echter zijn heldendaad kost hem zijn leven, en hij sterft in de armen van Harry. De terreur van Voldemort komt dichter- en dichterbij: eerst Sirius, toen Dumbledore en nu Dobby. En Voldemort wordt machtiger en machtiger met zijn nieuwe toverstok. En dan eindigt de film .... je wilt weten hoe het verder gaat ... dus toen ik thuiskwam pakte ik het boek. Want voor deel 2 van de film moeten we nog ruim een half jaar wachten.

maandag 15 november 2010

Mysterieuze Letse klanken

Zondagavond zong het Lets Radio Kamerkoor in de Laurenskerk. Het zijn voor mij onbekende werken van Esenvalds, MacMillan, Saariaho en Francesconi. Maar het is een zeer bijzondere ervaring. Zeker de muziek van Esenvald en MacMillan met de kwaliteiten van dit fabelachtige koor. Technisch uitermate moeilijk worden de meest bijzondere en soms mysterieuze klanken voortgebracht. Het zijn geen makkelijk in het oor liggende melodieën, maar wel raakt het je en voert het je mee. Het is muziek die niet echt te beschrijven is en waarvan ik ook niet weet of het op CD hetzelfde werkt. Op de site van Eriks Esenvalds is veel te vinden. Maar in een kerk op een stormachtige zondagavond is het een indrukwekkende ervaring.

Tenzij je geluk hebt


De kwetsbaarheid van geluk en de onverklaarbaarheid van sommige keuzes. Met die gevoelens loop ik de zaal uit na de voorstelling 'Tenzij je geluk hebt' van O.T.Theater (gebaseerd op de roman van Carol Shields). Wat gebeurt er als het leven van een gelukkig gezin wreed verstoord wordt als de oudste dochter besluit om te gaan leven van en voor goedheid? Als ze kiest dakloos te zijn en alleen met een bord met goedheid er op, op een straathoek gaat zitten. Het geluk van het gezin is tastbaar en het verdriet en de onmacht ook. Van de moeder (een sterke rol van José Kuiper) die bijna knielend op straat haar dochter een tas met etenswaren toeschuift, en van de vader die zijn dochter zwijgend met dekens bedekt.
De voorstelling roept allerlei beelden en vragen op. Het beeld van Hondsdagen waarin de spelers ook met een bord karton met een boodschap er op stonden. De vraag van is hier sprake van een vrijwillige keuze en of we in Rotterdam in het kader van het 'plan van aanpak maatschappelijke opvang' niet al hadden ingegrepen. Maar ook de herinnering aan keuzes van andere vrouwen uit de literatuur en hoe zij met het leven omgingen. Aan de hysterie uit 'Van de koelen meeren des doods', aan de vlucht uit 'The hours'. Is er inderdaad sprake van een keuze van sommige vrouwen om zich zo af te zetten tegen de wereld? Het riep ook de vraag op of je inderdaad maar geluk hebt, dat er nog niets ernstigs is gebeurd?
De voorstelling geeft geen antwoord op het waarom van de keuze, geen antwoord op hoe het verder gaat, maar toont de teerheid van geluk. Een teerheid om te koesteren.


Foto: O.T.Theater/Maarten Evenhuis

Munch in de Kunsthal

Het schilderij van Edvard Munch 'De Schreeuw' is inmiddels veel meer dan een schilderij geworden: het is zowel een icoon als een reclamebeeld. De overzichtstentoonstelling van het werk van Munch in de Kunsthal is dus een mooie gelegenheid om meer van Munch te zien. Het is een interessante tentoonstelling, anders dan het beeld van Munch dat ik vooraf had. Mijn beeld beperkte zich tot vooral zijn symbolistische schilderijen. In deze tentoonstelling is meer te zien met veel portretten en andere schilderijen in diverse stijlen. Ik weet niet of ik nu echt een heel overzicht van het werk van Munch heb gekregen, maar er zaten wel nieuwe krachtige beelden bij, zoals deze gele boomstammen,

vrijdag 12 november 2010

Trust en Hondsdagen

De afgelopen dagen zag ik twee voorstellingen waar beweging het centrale element was. Trust van anoukvandijk en de Schaubühne am Lehniner Platz en Hondsdagen van het Rotheater.
In Trust werden taal, dans en veel energie gecombineerd. Steeds in wisselende duetten werd het persoonlijke verhaal verteld en tegelijkertijd het grote verhaal over de economische crisis. Er werd veel gesproken en dat herinnerde enigszins aan het werk van Gerardjan Rijnders. De werkelijkheid als inspiratiebron; de teksten waren daardoor zowel herkenbaar als ook vervreemdend. De dansers brachten veel energie in en sleepten de acteurs mee. Tekst en dans vulden elkaar prachtig aan.
Hondsdagen daarentegen is een veel ingetogener en in zekere zin ook kleinere voorstelling. De openingsscene is daarvan een goed voorbeeld een pinnige zuster duwt de oudere muzikant langzaam maar steeds scherper vooruit. Terwijl het een zeer fysieke voorstelling is (je ziet bijna de blauwe plekken verschijnen) gaat het over een kleinere wereld en over de vernederingen daarbinnen. Er zitten een paar minder sterke elementen in zoals het verschonen van een luier of het spelen met een poep. De live uitgevoerde muziek daarentegen is sterk vooral van Maartje Teussink en een bijzonder mooi zingende Gijs Naber. Hopelijk krijgt hij nog eens een grotere muzikale rol.

maandag 8 november 2010

The Social Network. Een film die vragen oproept.

In een tijd dat social media steeds belangrijker worden en ik zelf blog en twitter is het natuurlijk een must om de film 'The Social Network' te gaan zien. Ik moet wel toegeven dat ik slechts een slapend profiel op Facebook heb, ook niet op Hyves ben en alleen Linkedin volg. Maar de film is zeker interessant en onderhoudend. De vraag is wel hoeveel de film nu zegt over social media en of het niet meer een klassiek verhaal is over een loner met een fantastisch idee en hoe die zich vervolgens opwerkt. Want Mark Zuckerberg is niet de aardige medestudent die een netwerksite ontwikkeld om contacten tussen mensen te versterken. Zijn eigen frustratie na door zijn vriendin te zijn gedumpt leidt tot een eerste puberaal succes en dat leidt - met enig intellectueel winkelen bij anderen - tot het zeker briljante concept voor Facebook. Interessant is dat ondanks zijn berekende werkwijze hij een combinatie van irratie en sympathie oproept (sympathie zeker in zijn strijd met te rijke en verwende Harvard-roeiers).
Een aspect wat mij intrigeerde in de film was de groepsdwang van het collegelife op de Amerikaanse universiteiten. Het gevraagd worden door de juiste (geheimzinnige) 'studentenvereniging' was cruciaal. In mijn herinnering maakte het tijdens mijn studententijd niet uit of je lid was van een studentenvereniging. Als geschiedenisstudent was het zelfs een uitzondering om lid te zijn en zeker niet van zoiets 'bizars' als het corps. Misschien was die situatie wel de uitzondering, maar voor mij roept het wel de vraag op welke rol de behoefte om ergens bij te horen aan de ene kant en groepsdwang aan de andere kant een rol spelen bij het succes van social media. Het is goed als een film die ook gewoon een spannend verhaal vertelt, juist dat soort vragen oproept.

vrijdag 5 november 2010

Thomas More: muziekvoorstelling in de Laurenskerk

Thomas More is ter dood veroordeeld en eenzaam loopt hij weg. Terwijl hij door het schip van de Laurenskerk loopt, klinkt het orgel. Veroordeeld door de koning, maar trouw gebleven aan zichzelf en zijn geloof. In de serie ‘Lof en lust’ verzorgen het muziekgezelschap Domestica, organist Hayo Boerema en acteur Ruurt de Maesschalck de voorstelling ‘Nothing but the true’ met teksten van Minnekus de Groot en in regie van Serge van Veggel. In Nederland is Thomas More vooral bekend door zijn vriendschap met Erasmus, maar in deze voorstelling staat zijn vriendschap met en teleurstelling in koning Hendrik VIII centraal. Waar Thomas More begon als de mentor van de koning die hoopte dat hij de eerste humanistische vorst zou worden, hij lord chancellor werd en eindigde hij als vermeend hoogverrader. Verrader omdat hij de scheiding van de koning en de suprematie van de koning over de kerk niet wilde erkennen.
De voorstelling combineert op een mooie manier muziek, tekst en spel. Met muziek van onder andere Hendrik VIII zelf, Händel, Hellendaal en Stanley, soms teder, soms vrolijk, maar ook hard en triest. Ruurt de Maesschalck is niet alleen Thomas More, maar ook zijn aanklager en het woedende publiek. Als Thomas More zwijgt hij vooral. En met dat zwijgen komen de associaties. Een associatie met een zogenaamd politiek proces waar de verdachte de afgelopen weken zweeg. Maar sterker en passender is de associatie met Jezus die voor Pilatus ook zweeg. Alleen daar zittend, in het licht, terwijl de muziek klinkt voel je zijn pijn en zijn kracht. Even daarna waan je in de rechtszaal als hij de aanklager is. Dan zit hij naast je en ageert hij tegen More.
Maar het meeste indrukwekkende blijft de eenzame weglopende Thomas More terwijl op het orgel de muziek van Stanley klinkt.

Foto: Kees Deenik

Buk

Charles Bukowksi was een Amerikaanse auteur die vooral de zelfkant van het leven beschreef. Dat deed hij in vele gedichten en romans. John Buijsman maakte er nu een voorstelling over waarbij de teksten van Bukowski door Jules Deelder werden vertaald. Naast muziek bevat de voorstelling ook een bijzondere tekenfilm van Peter Pontiac waarin spel, muziek en film samenkomen. Het spel is heftig en soms hilarisch. De drank vloeit rijkelijk om het zo te zeggen. Het levert een energieke, amusante voorstelling op. Wel ligt de nadruk erg op het amusante, het tragische krijgt minder aandacht. Het is er als John Buijsman als Bukowski in het ziekenhuis ligt, maar dat is er jammer genoeg te weinig.

donderdag 4 november 2010

Anselm Kiefer in Antwerpen

Wie wel eens in de entreehal van het Maritiem Museum in Rotterdam komt, kent de wand vol met modellen van schepen. Op de tentoonstelling met het werk van Anselm Kiefer in Antwerpen is een onverwachte variant op dit beeld te zien. Een groot werk, ook met schaalmodellen van schepen. Echter hier heeft de ramp toegeslagen; alle schepen zijn beschadigd, in het centrum straalt de oranje menie. Het roept de associatie op met Pearl Harbour. En de titel 'Voyage au bout de la nuit' aan het werk van Celine.
Het is één van de indrukwekkendste schilderijen van Kiefer die te zien zijn. Zijn werk als schilderijen te betitelen doet echter geen recht aan zijn werk. Het zijn werken vol kracht, met veel verschillende materialen, met lood, met vliegtuigen, met steen, met stokken, met zonnebloemen en met takken. Voortdurend voel je in het werk de dreiging, de donkerte en geweld. Een vlakte vol kale akkers met sneeuw, met houten kruizen er op. Een toren van Babel waarvan je je afvraagt hoe dit megagrote schilderij dat vooral van ver gezien moet worden, zo gedetailleerd gemaakt is. De resten van planten die in hars zijn gevangen. De zee onder, de wolken boven en de ladder die de werelden verbindt.
Hoewel veel van de werken verwijzen naar de dood, gaat er ook veel kracht en leven vanuit. De spanning wordt bijna tastbaar en komt van de oppervlakte af. De spanning, de kracht, het contrast tussen dood en leven maken het een bijzondere tentoonstelling.

The Open Road

Al weer een week geleden zagen we 'The Open Road', een voorstelling in het kader van 'Club Opera'. Het was een intrigerende poëtische voorstelling. Componiste Kate Moore heeft lichte, ijle muziek gecomponeerd die soms in de verte aan Britten doet denken. Een harp, twee trompetten en een harmonium, zangers en stemkunstenaars. De muziek voert je mee met gedachten over reizen en onderweg zijn. Het libretto bestaat uit fragmenten uit het dichtwerk Song of the Open Road van de 19e eeuwse Amerikaanse dichter Walt Whitman. In harmonie met de muziek klinken de volgende regels:
Camerado, I give you my hand!
I give you my love more precious than money,
I give you myself before preaching or law;
Will you give me yourself, will you come travel with me?
Shall we stick by each other as long as we live?
Bijzonder is het toneelbeeld van de voorstelling. Rode draden van bollen wol vullen het toneel. Ze worden alle kanten opgegooid, vormen een web, gaan omhoog en omlaag en verbinden het begin en eind. Een teder beeld voor een poëtische voorstelling.

vrijdag 29 oktober 2010

Zomerstorm


Meestal kom ik voor mijn werk op Voorne-Putten of Goeree-Overflakkee en zie ik vooral gemeentehuizen en spreek ik betrokken bestuurders. Maar omdat de producent H. een goede vriendin is van M. bezochten we de première van Zomerstorm in theater 'De Twee Hondjes' in Hellevoetsluis. Een film gemaakt als onderdeel van een provinciaal project over volkscultuur. Als lezer van 'Het bureau' van J.J. Voskuil denk ik dan terug aan de film die hij in zijn boek beschrijft: het naspelen van oogstgebruiken in Drenthe. Voskuil beschrijft dat niet alleen fascinerend, maar maakt ook duidelijk dat veel oude gebruiken toch eigenlijk voorbeelden zijn van 'invented traditions'.
De film Zomerstorm kiest gelukkig echter voor een andere invalshoek. Gebaseerd op gesprekken met bewoners van Voorne-Putten en Goeree-Overflakkee is een film tot stand gekomen over gaan of blijven op een eiland, over wat de eilanden speciaal maakt. Het is mooi gefilmd, met beelden op het strand, in de polder, in de duinen en in Spijkenisse. De film speelt met een aantal vragen zodat je zelf je eigen interpratie er aan kunt geven. Natuurlijk er wordt gesproken over de 'overkanter' maar de film mixt, beelden, ideeën en verlangens zodat je je eigen beeld vormt over de eilanden. Zo ontdek ik een nieuwe kant van de vertrouwde eilanden.

The killer inside me


Moordenaars blijven fascineren. Truman Capote schreef er het bijzondere en inmiddels klassieke 'In Cold Blood' over. De tv-serie Dexter is uniek doordat je je identificeert met de 'goede' massamoordenaar (wat inmiddels zo blijkt uit het NRC bericht vanavond tot interessante analyses leidt). Maar de film 'The killer inside me' is toch anders. Lou Ford (een sterke Casey Affleck) leeft aan beide kanten van het hek, als sheriff en als moordenaar. Hij weet zelf dat dat moet eindigen door uit elkaar gescheurd te worden.
Het waarom van zijn moorden blijft onduidelijk, maar de dreiging die van hem uitgaat voel je de hele film door. Er is geen jeugdtrauma, hij wordt niet bedreigd, er is geen echte verklaring, er is alleen het onbestemde gevoel dat steeds om hem heen hangt. Hij speelt piano, leest een boek, hij streelt en slaat zijn vriendin en dan breekt het geweld echt los. Soms lijkt er sprake van liefde, maar op zijn voorwaarden en uiteindelijk gekoppeld aan geweld. Een film met prachtige beelden, die registreert, maar ook een film die het raadsel van de moordenaar niet wil en niet kan oplossen.

Een verlaten kas




Een weekend bij de Mookerheide. Wandelen en een blik op een verlaten bijzondere kas.

maandag 18 oktober 2010

Nan Goldin

Het fotografische werk van Nan Goldin hoort in mijn herinnering echt bij de jaren '80 en '90. Ze bracht een bijzondere wereld van haar vrienden, haar grote familie in beeld en hoe ze zich zelf ook in die wereld bewoog. Waren het tot nu toe losse mooie, indringende foto's in boeken of op een expositie. Nu zijn voor het eerst in het Nederlands Fotomuseum de foto's in een viertal diashows samengebracht steeds begeleid met een bijzondere soundtrack. In 'The other side' zien we de foto's van travestieten en transgenders, beginnend in de jaren zeventig in Boston. De foto's zijn steeds snapshots uit het leven, vol kracht, soms met pijn en vooral van het eigene van iedereen. Wat is dan passender dan Antony and the Johnsons die met Boy George 'You are my sister' zingt.
In de diaserie 'All by myself' zijn bijzondere zelfportretten te zien. 'Heartbeat' is van de vier shows de meest intense. Bjork zingt 'Prayer of the heart' van John Tavener. Je hoort tedere, ijle en religieuze muziek en je ziet de meest intieme foto's van koppels in hun tederheid, lust en intimiteit. De liefde komt dichtbij.
De diverse aspecten van het werk van Nan Goldin komen samen in 'The ballad of sexual Dependency' (naar haar bekendste boek). Foto's van mannen, van vrouwen, van liefde, van geweld, van verlatenheid. Maar steeds ook foto's vol tederheid en vol betrokkenheid. De foto's raken door hun kracht, menselijkheid en door de passie die er uit spreekt. De andere tentoonstellingen die ook in het Fotomuseum te zien zijn, vallen daarna er bij in het niet. De tentoonstelling laat zien dat Nan Goldin niet alleen een icoon is van het eind van de vorige eeuw, maar in deze vorm krachtiger is dan ooit. Ga dus de slideshows van Nan Goldin zien en laat je raken en ontroeren.

zaterdag 16 oktober 2010

Notion Motion Revisited



Het blijft ook bij een tweede bezoek een bijzonder indrukwekkende installatie: 'Notion Motion' van Olafur Eliasson in museum Boijmans van Beuningen.

vrijdag 15 oktober 2010

Amazones. Ro theater

Woensdag zagen we de eerste try out van Amazones van het Ro Theater. Een nieuwe voorstelling van Gerardjan Rijnders, die zou moeten passen in zijn traditie van grote montagevoorstellingen als Bakeliet. Die belofte maakt de voorstelling voor mij echter niet waar. Bakeliet was een vernieuwende voorstelling vol energie, spanning en kracht (en te bedenken dat die voorstelling uit 1987 was!). Centraal staat Leni Riefenstahl en haar grootste wens om Penthesilea te verfilmen (liefst in de Libische woestijn). Hoewel de vorm soms prachtig is, blijft het verhaal voor mij te eendimensionaal.
Er wordt te weinig gedaan met de spanning tussen de overtuiging van Riefenstahl dat alleen de kunst telt en haar politieke overtuiging als deel van de Nazi-beweging. Leni Riefenstahl wordt teveel uitgebeeld als iemand die is blijven steken in een a-politiek fascisme. Ze komt niet echt tot leven. Hoewel er mooie beelden in zitten, zoals de live geschoten videobeelden van scenes uit Penthesilea in zwart-wit en stijl van de jaren dertig, blijft het op afstand. De mooie beelden en delen van Penthelisea brengen onvoldoende spanning met zich mee. Ze roepen meer het verlangen op naar een echte opvoering van Penthesilea. Een goed idee, mooie beelden en goede acteurs leiden deze keer niet tot een goede of bijzondere voorstelling. De kracht en noodzaak ontbreken.

dinsdag 12 oktober 2010

Lang en gelukkig. De film.

Eerst was er de familievoorstelling, nu is er de film. Zo ging het bij 'Ja Zuster, Nee Zuster' van het Ro Theater en nu bij 'Lang en gelukkig'. Het toneelstuk drie jaar geleden was een fantastische voorstelling. Een voorstelling die niet alleen super 'over the top' was, maar ook amusement op meerdere niveau's bracht. Van actuele grappen voor volwassenen tot sprookjes voor kinderen, van muziek in een nieuw jasje en van grote en kleine vondsten, zoals een zingend glazen muiltje.
Gisterenavond zagen we de publiekspremière in Tuschinski. Een groot deel van het publiek kwam verkleed als sprookjesfiguur. Veel roodkapjes, jagers, biggetjes, prinsen en boze stiefmoeders bevolkten het publiek. De film is erg leuk en heeft ook een eigen karakter gekregen. Was in de voorstelling de goede fee al wat verstrooid, nu woont ze in een verpleeghuis, lepelt advocaat en stapt mooi het sprookjesbos in via het behang vol met bomen. Het verhaal over Assepoester en haar liefde voor de 'gewone' Knoop, over Roodkapje die verliefd wordt op de opwindende boze wolf en over Prins Roderick die toch kiest voor zijn kledingstylist is een pleidooi voor alle vormen van liefde. Het is ook een ode aan het vertellen van je eigen sprookje. Maar het verhaal is één ding, de film blinkt uit in talloze (beeld-)vondsten. Voortdurend zie je nepdecor waarin het zich speelt, een zwembad met blauwe stof als water, en het werkt. De groep wolven, waarvan de grootste (Jack Wouterse), voortdurend zijn bouwvakkersdecoleté laat zien. De jagers die elkaar 's avonds laat treffen op een parkeerplaats in het bos, die daarmee verdacht veel lijkt op een homo-ontmoetingsplaats (Een Kralingse Bos maar zonder paaltjes ;-)). Natuurlijk is de film camp, maar niet alleen. De liedjes zijn mooi, er wordt heel sterk geacteerd, en Paris en Hilton blijven een magisch duo.
Kortom een film die enorm leuk is. En toch, toch mis ik het theater. De directe reacties, de kinderen en volwassenen die meeleven, de uitgelaten sfeer die ontstond, het weten dat je met elkaar nu in de illusie gelooft en daarom lacht. Ga de film dus zien, maar zie toch ook vooral voorstellingen in het theater.

zondag 10 oktober 2010

Tirza. De film.

Toen ik 'Tirza' van Arnon Grunberg las, maakte het veel indruk. Een boek over het verborgen beest, over overbodigheid, over doorgeslagen liefde en het menselijk tekort. De vraag is daarom - meer nog dan bij elke boekverfilming - hoe dit boek zich laat verfilmen. Doordat je de kern van de roman kent, bekijk je de film ook anders. De suspense die er duidelijk inzit, ervaar je anders. Prachtig zijn de beelden in de woestijn van Namibië. Je voelt de verlatenheid, de doodsheid en hoe Hofmeester zich daarin tracht te verliezen. De verlatenheid wordt zo zichtbaarder dan in het boek. Gijs Scholten van Aschat is erg sterk als Hofmeester, hij lijdt zichtbaar en tegelijkertijd zijn er de kleine momenten (het doden van een spin) die vooruitwijzen op de grote woede die hij in zich heeft.
Het tragische en onmogelijke in de film wordt mooi gesymboliseerd door de scène waarin Hofmeester Tirza, na het eindexamenfeest waar hij zich misdragen heeft, vraagt cello te spelen. Zijn geluk tijdens het beluisteren van zijn dochter op de cello is echt. Het geluk is echter alleen te verkrijgen als hij zijn dochter betaalt om te spelen. Als het geluk valt alleen met geld te verkrijgen, wat is er dan voor Jörgen Hofmeester nog weggelegd? Verlies, woede of het aanvaarden van leegte?

zaterdag 9 oktober 2010

Tikkop. Adriaan van Dis.

Na zijn prachtige televisieserie over zuidelijk Afrika speelt 'Tikkop' de nieuwe roman van Adriaan van Dis nu ook in Zuid-Afrika. Voortbouwend op zijn roman 'De Wandelaar' volgen we Mulder nu naar Zuid-Afrika waar hij na een lichte beroerte een oude vriend uit de anti-apartheidsstrijd gaat opzoeken. Het wordt een zoektocht door het eigen geheugen en de eigen geschiedenis en een ontmoeting en een confrontatie met het moderne Zuid-Afrika. Steeds is daar ook het Zuid-Afrikaans als taal, de klank, het bekende en het vreemde. In de roman identificeer je je met de worsteling van distantie en het verlangen naar het opgaan en het werkelijk verbinden met de jonge Zuid-Afrikaan Hendrik en zijn moeder. Die spanning is niet eenvoudig op te lossen. In de roman herken je ook Adriaan van Dis uit de tv-serie, betrokken en steeds in nauw contact met iedereen die hij tegenkomt, maar niet de afstand verloochenend die er ook is als 'rijke westerling'. Het geeft daarmee dieper inzicht van de positie van betrokken buitenstaander. Een positie die niet ontkend hoeft te worden, die grenzen heeft, maar wel echt betrokken is. En ondanks wat er in de roman gebeurt geeft dat hoop.

De meid. Bonheur.

'De meid' is kort stuk, deels realistisch, deel komedie, van Herman Heijermans. Dinsdag werd het echter ook de voorstelling van een vallende snor. Bonheur speelt het als een ode aan het toneelspelen en dus zie je niet alleen de scène, maar ook de coulissen. Je ziet de illusie van het theater (het maakt niet uit of de speler een man of een vrouw is) maar ook wat zich er naast afspeelt. Hoe spelers zich verkleden, hoe ze het geluid maken als ze de trap naar het bovenhuis op komen lopen. Dat is zeker aardig, maar voegt niet heel veel toe aan de voorstelling. De ode aan het toneelspelen komt er onverwacht toch nog als bij één van de spelers zijn snor loslaat. De pogingen de snor vast te houden hebben maar beperkt effect en het leidt tot veel gelach bij publiek en medespelers. Het bijzondere is dan weer dat de hilariteit het spel niet ontkracht en de speler gewoon zonder snor kan doorspelen.
Het toneelstuk zelf is gedateerd. Het verhaal van een meid die haar mevrouw chanteert met een affaire en uiteindelijk zelf het onderspit delft is niet krachtig genoeg. Heijermans' tekst is daarvoor toch niet bijzonder genoeg. Tijdens het kijken dacht ik aan twee andere voorstellingen die wel echt waren gelukt of omdat ze over toneel gingen of omdat ze iets bijzonders deden met een oude, gedateerde tekst. Over de toneelwereld en de werkelijke wereld maakte 'Opening night' van Toneelgroep Amsterdam veel indruk (pas nog op tv te zien). Het Barre Land speelde jaren geleden al weer een briljante mix van twee komedies van Oscar Wilde 'De ideale ernst of het belang van een echtgenoot'. Daar werden twee gedateerde maar wel scherpzinnige theaterteksten door elkaar heen verweven wat leidde tot een bijzondere theaterervaring. De meid was leuk en werd zeker goed gespeeld, maar indruk maken deed het niet.

Foto: Bas Czerwinski

zondag 3 oktober 2010

Madrid: kunst en licht



Nazomer in Madrid. Het weer is prachtig, zonnig, warm en dus zitten we tot laat op het terras. De stad leeft en zelfs een algemene staking verloopt gemoedelijk (en blijkt gelukkig minder algemeen dan gedacht). Madrid voor M. en mij was vooral het zien van veel prachtige kunst. Jeroen Bosch in het Prado, de 'zwarte' werken van Goya en de Guernica van Picasso in het Reina Sofia. Maar we hebben vooral de 'El Greco's' bekeken in de verschillende musea en kerken in Madrid en Toledo. Als je zijn werk ziet temidden van zijn tijdgenoten valt steeds op hoe bijzonder het is. Niet alleen de mensen die anders gevormd zijn, maar de combinatie van de kleuren, de verstilling en de emotie die steeds te zien is. Bijzonder was om in het oude Hospital Tavera drie van zijn werken in de prachtige bibliotheek.
Het meest indrukwekkende kunstwerk was 'De Kruisafname' van Rogier van der Weyden. Geschilderd in 1435 en straalt en raakt. Straalt in zijn zijn rijkdom, kleuren, details en opbouw. Raakt door de verstilling, het ingetogen verdriet, de kracht en de devotie. Het is een werk dat in het echt gezien moet worden, hoe mooi ook de reproducties zijn.
Maar er is ook de zon en daarmee licht in Madrid en Toledo.

woensdag 22 september 2010

Poëten en bandieten. De Warme Winkel.

De Kuypers machinefabriek aan de Piekstraat is bij mij om de hoek. Het is een prachtige locatie die doet denken aan de onderzeebootloods op het RDM-terrein. Het toneelbeeld is vol van sneeuw, en combineert wasrekken, kledingrekken, resten hout. Het herinnert aan toneelbeelden van Wunderbaum en ook Phillipe Quesne. Er wordt een spandoek opgehangen met de tekst 'Waarom pleegt een lieveling van het lot zelfmoord. Waarom niet?'.
Het is een bijzondere en intrigerende voorstelling over de Russische dichter Boris Ryzhy die in 2001 zelfmoord pleegde. De voorstelling probeert zowel de gedichten van Ryzhy, zijn leven, het Rusland van de perestroika en het waarom van zelfmoord te vangen. Dat maakt het een rijke en volle voorstelling. Het begint sterk met Boris met zijn vader: eerst jagend op het water, later verbonden via de telefoon. De dichter in een Rotterdams hotel tijdens Poetry, zijn vader in een ziekenhuisbed. Rotterdammers worden gebeld met het verzoek of ze naar een gedicht van Ryzhy willen luisteren.
Waar 'Answer me' van Dood Paard zich bijna alleen concentreerde op de tekst, combineert deze voorstelling verschillende soorten teksten met prachtige vormen en beelden. Soms verrassend zoals als het Russische orkestje op een platte wagen binnenrijdt. Soms vroeg ik me af wat ik er met een onderdeel moest, zoals bij de theoretische verhandeling over zelfmoord en de kunstenaar. Als de dood gezien moet worden als een onderbreking van het leven, en als een kunstenaar streeft naar voltooiing, is zelfmoord dan voor kunstenaar de voltooiing van het leven? De vraag is mooi geformuleerd, maar dit deel roept enige spanning bij me op.
Maar de voorstelling roept vooral bewondering op. Over de prachtige beelden zoals het neerzetten van de berkenbomen. Indringende scenes van geweld waarin geslagen en geslagen wordt. Een vol kerkhof. Poëtische moment met gedichten - met vragen over hoe te vertalen - en een prachtige scène met een zelfmoordpoging waarin een jonggestorven vriendin hem tracht te halen. Zijn doodswens is steeds aanwezig, maar het groeien naar de zelfmoord duurt en duurt. Uiteindelijk sterft Ryzhy, hij laat niet alleen mooie gedichten achter, maar ook nu de inspiratie voor een prachtige, warme en soms ontregelende voorstelling.

zondag 19 september 2010

Portrait Series Rotterdam

Nu zijn we voor de Internationale Keuze van de Rotterdamse Schouwburg in de Gouvernestraat beland, het vroegere Lantaren-Venster. In Portrait Series Rotterdam zien we 16 verhalen van Rotterdammers, grotendeels gespeeld en een paar op video. De setting doet toch een beetje denken aan Idols of Popstars. Een persoon die iets van zich zelf laat zien en wij kijken toe. Slechts het commentaar van de jury ontbreekt.
De verhalen en scènes variëren. Het begint heel sterk een jongeman zit op een stoel terwijl teksten op het scherm voorbij trekken. "Ik wist niet dat...., ik wist niet dat". Hij kon niet weten dat zich iets gruwelijks tussen zijn ouders voltrok. Als hij in een te groot paar damesschoenen stapt zie je weer iets van een kleine kwetsbare jongen. Een ander hoogtepunt is een Spaanse designer die vertelt over de liefde met zijn New Yorkse vriend. Na een 10-daagse ontmoeting in Rotterdam wordt Skype het middel van hun liefde, ze slapen zelf met skype, 'cybersleeping together'. Hij danst uiteindelijk mee met een filmpje waarop zijn vriend ook danst, ontroerend.
Wat wel opvalt is dat de spelers grotendeels dezelfde leeftijd lijken te hebben de meeste zo tussen de 30 en de 40. Op de videobeelden zijn wel twee 'ouderen' te zien, maar dit geeft toch een wat eenzijdig beeld van Rotterdam. Theater kan veel, maar ik bedacht dat om in de levens van meer Rotterdammers door te dringen verhalen en papier misschien meer te bieden hebben.
Bijzonder is wel de vanzelfsprekendheid waarmee iedereen zijn of haar persoonlijke verhaal voor het publiek verbeeld. Andy Warhols adagium van '15 minutes of fame' is werkelijkheid geworden. Deel van het leven is het persoonlijke te verbeelden via theater, video of ander beeld. (En soms via een blog...)

woensdag 15 september 2010

Answer me. Dood Paard


De eerste voorstelling van 'De Internationale Keuze' van de Schouwburg die we dit jaar zien, zien we in het Schieblok. De hal van de Schouwburg wordt verbouwd dus zijn de voorstellingen nu op allerlei plekken in de stad te zien. Vaag hoor je buiten de brommers langsrijden en de regen klettert op het dakraam. Binnen speelt Dood Paard 'Answer me' met Nederlandse en Portugese spelers op tekst (en met spel) van Gerardjan Rijnders. Het is een echte Rijnders' tekst, veel tekst, veel woorden. Soms mooie zinnen en ideeën die vragen op roepen ('dialogue is a distraction'), maar ook banale vragen.
Vragen staan centraal in de voorstelling. Er wordt duidelijk verwezen naar ondervragingen. In het begin worden de vragen aan jou als publiek gesteld, zo hardnekkig dat je je begint af te vragen of je of toch iemand anders een antwoord moet geven. Een antwoord op de vraag wie je bent, waar je was, waarom je contact had met iemand. Maar daarna wordt een stoel klaargezet waarop één van de acteurs gaat zitten en ondervraagd gaat worden. Het spel is leuk, flitsend, de vragen volgen elkaar snel op en het is soms inspannend de tekst te blijven volgen. Door de grote hoeveelheid tekst onstaat er een bepaald ritme en blijf je luisteren en zoeken naar betekenissen. Betekenissen die er deels wel en deels niet zijn. Welke vragen worden je gesteld, welke stel je zelf, hoe leg je verbanden, waar ben je zeker van. Het antwoord komt niet, maar de vragen zetten je wel aan het denken.

zondag 12 september 2010

Toy Story 3

De nichtjes hadden de film al twee keer gezien, dus zaten we gewoon met zijn tweeën bij de kinderfilm. Het was een bijzondere ervaring. Verwacht je meestal bij een kinderfilm vooral gelach en vrolijkheid. Vanmiddag klonk gehuil. Natuurlijk bij een zielige film gebeurt dat meer, ook bij mij. Maar dit was anders. Toy Story 3 is een heftige film over speelgoed wat afgedankt wordt, over verlatenheid en over een kinderdagverblijf als een concentratiekamp. Gelukkig niet voor de kinderen, maar wel voor het speelgoed.
Een getraumatiseerde speelgoedbeer heeft de macht over het speelgoed overgenomen op het kinderdagverblijf en Woody en zijn vrienden moeten onderaan beginnen. Weerstand wordt niet getolereerd en op de speeltorens zijn omgevormd tot wachttorens waar andere speelgoedfiguren de schijnwerpers hanteren. Welk lot wacht speelgoed als een kind opgroeit. Een kinderdagverblijf is geen goede optie, liever een ander kind dat er weer mee mee speelt. Gelukkig wordt mijn speelgoed nog gebruikt, door nichtjes, neefje en C. Dat is een fijn gevoel.

Opening tentoonstelling Laurenskerk


Een monument vol verhalen. Zo heet de nieuwe permanente expositie in de Laurenskerk. Afgelopen vrijdag werd die tentoonstelling met een feestelijk programma met muziek, speeches en theater geopend. Prins Willem-Alexander kwam de tentoonstelling openen. Het blijft bijzonder hoe de wereld een klein beetje verandert als er iemand van het koninklijk huis bij is. Spanning, veel fotografen (en nog meer mensen uit het publiek die met hun camera klaarzitten) en in de speeches aandacht voor de prins.
De tentoonstelling zelf is prachtig geworden. In de diverse kapellen worden via bijzondere installaties veel mooie verhalen vertelt. Door de drukte bij de opening was het nog niet mogelijk de bijbehorende audiotour te beluisteren, maar dat komt zeker een andere keer.
De muziek en het spel lieten tijdens de opening de diverse kanten van de Laurenskerk zien. Een scene bracht één van de werklieden tot leven die mee had gebouwd aan de kerk. Maar het meeste indrukwekkend was de verbeelding van het bombardement. Het orgel klonk in al zijn macht, de twee acteurs staarden in de verte, en één voor één stonden de musici op. Je voelde dat ze keken naar de brandende stad, naar het puin waar de toren van de Laurenskerk bleef staan. Met gepiep, gesuis en andere bijzondere klanken werd het orgel stil en de acteurs begonnen te vertellen over de leegte, het puin, maar ook over de hoop. Een bijzonder begin van een mooie tentoonstelling.

woensdag 8 september 2010

De Profundis


Het beeld van de slagwerker die met hamers op de houten kist slaat doet denken aan de communistische beeldsymboliek. De arbeider met de hamer, alleen de sikkel ontbreekt. Het Dies irae van Oestvolskaja is echter geen muziekstuk ter ere van de communistische heilstaat. De muziek is dreigend, ritmisch en je voelt de spanning. Het is al weer lang geleden dat de documentaire van Cherry Duyns en Reinbert de Leeuw een intrigerende documentaire maakte over deze teruggetrokken componiste. Het is mooi haar muziek nu live te horen. Het is een vol programma met muziek van Bach tot Messiaen en een bijzondere première van Holliger voor contrabas. Soms raakt het, soms ook niet. Maar het Dies irae raakt zeker.

zondag 5 september 2010

Mannen van stavast op de Wereldhavendagen

Jonker Fransstraat, Calandstraat, Lodewijk Pincoffsweg. Drie gewone straatnamen in Rotterdam. Wie achter deze namen schuil gaat is meestal minder bekend. Vandaag kwamen ze echter tot leven op de Wereldhavendagen. Op een stralende kade aan de Leuvehaven werden de cruciale scenes die Rotterdam groot hebben gemaakt, gebracht.
Jonker Frans, voor sommigen een roofridder (onderkoelt gespeeld door Bas Bonnier stal juwelen en lollies uit het publiek), voor anderen een held, vocht voor Rotterdam tegen de Oostenrijkse keizer.
Na Jonker Frans liep je door naar de zandhoop van Caland. Een mooi beeld van hoe de duinen bij Hoek van Holland werden doorgegraven om in een rechte lijn de zee te bereiken. Kees Deenik speelde met twee poppen (de burgemeester en de havenbaron) en liet zijn publiek steeds verder uitgroeien. Als laatste was er Pincoffs (Reinier van Mourik). Zijn plannen voor Rotterdam-Zuid waren een financiële zeepbel, maar na zijn vlucht kon Rotterdam er wel van profiteren. De contouren van het Poortgebouw waren zichtbaar en terwijl wij van zijn dienstbode lieflijk een kopje thee kregen in geschonken vluchtte hij met groot gebaar. Een zonnige middag met drie vrolijke illustraties van de Rotterdamse geschiedenis met teksten van Willy Hilverda in regie van Minnekus de Groot. En Pincoffs kreeg toch zijn standbeeld, niet 10 meter hoog, maar wel 2,5 meter.