zondag 30 januari 2011

The Autobiography of Nicolae Ceausescu. IFFR 3.

Eén van de leuke aspecten van het filmfestival is dat je onverwachte films ziet over historische onderwerpen. De film 'The Autobiography of Nicolae Ceausescu' is zo'n film. De film biedt geen doorwrochte analyse met getuigen en deskundigen, maar componeert een beeld van Ceausescu op basis van allerlei film- en tv-opnamen. Natuurlijk zijn dit allemaal gecensureerde beelden, beelden die in dienst stonden van zijn rol als leider van de Roemeense communistische partij. Maar samen vormen al die fragmenten ook een beeld van hoe een leider die enthousiasme uitstraalt, steeds meer een zelfverheerlijkende dictator wordt.
Een sterk element van de film zijn de beelden van staatsbezoeken. Westerse leiders die Roemenië graag aandoen omdat hij net wat anders was (of uitstraalde dan de strenge Warschau-pact lijn), beelden van een Europese topconferentie (met Den Uyl in de bankjes) en bezoeken aan China en Noord-Korea. Daar kent de persoonsverheerlijking geen grenzen, met eindeloos geregisseerde massascènes waar Kim Il-Jung en Ceausescu veel pleziet aan ontlenen.
Maar opmerkelijker nog is de scène van een lid van de communistische partij dat zich op het volkscongres uitspreekt tegen de zoveelste herverkiezing van Ceausescu. Een daad van moed die gesmoord wordt in applaus en geroep. Je vraagt je af wat er daarna met deze man is gebeurd. De film begint en eindigt met beelden uit de laatste uren van Ceausescu en zijn vrouw (die je even daarvoor nog ziet als ze zichtbaar verveelt bij een warrige speech van hem). Hij is van een andere wereld, wil alleen voor het congres zich verdedigen. En je weet dat hij even later wordt doodgeschoten. Zoals hij beren liet voeren om ze makkelijker te kunnen schieten, leidde de volksopstand tot zijn executie. En nu afwachten of er ooit ook zo'n film over Mubarak komt.

zaterdag 29 januari 2011

The Extraordinary Adventurs of Mr. West in the Land of the Bolsheviks. IFFR 2.

Vooraf beloofde de film een bijzondere ervaring te worden en die verwachting werd zeker waargemaakt. Een film met zo'n titel, de eerste zogenaamde 'rode western' en met speciaal gecomponeerde live muziek door het Metropole Orkest dat beloofde veel. Het werd een fascinerende voorstelling. De film is een bijzondere combinatie van twee Amerikanen in het Moskou (waarvan één cowboy) in de jaren '20. Mr. West, voorzitter van de YMCA gaat op uitnodiging naar Moskou en vreest de barbaarse bolsjewieken. Echter daar aangekomen zijn het niet de bolsjewieken die hem ontvoeren en zijn geld afhandig willen maken, maar juist de verlopen bourgeoisie en adel (zeker de verlopen baronesse met een bizar grote lach) die de vijand blijken. Zijn eigen cowboy en de bolsjewieken samen redden hem, zodat hij zijn vrouw telegrafeert om in New York het portret van Lenin op te gaan hangen.
Als je nu kijkt naar films uit de jaren '20 dat is het acteren voor ons over de top. De grote ogen, de grote gebaren, het supertheatrale dat heeft een ander - soms komisch - effect. Maar zeker in combinatie met de sterke, stromende en energieke muziek werkt het wel. Bijzonder is het ook om de beelden van Moskou zo in de sneeuw te zien, een stad waar auto's en sleeën zich vanzelfsprekend naast elkaar voortbewogen. Natuurlijk is het een propaganda film voor wat een dictatoriaal regime was (ik moest denken aan het boek over Moskou in 1937 waar ik afgelopen jaar delen van las en wat de terreur en de modernisering beschreef). Toch bekijk ik nu de film vooral als leuk, anekdotisch, met ingenieuze filmbeelden (hoe kan je met beperkte middelen een sleetocht zo lang mogelijk in beeld brengen: eerst toon je alleen de onderkant van het rennende paard, daarna kan dezelfde take nog eens maar nu ook met de gebouwen op de achtergrond) en met prachtige muziek die alles voortstuwt.

vrijdag 28 januari 2011

Pa Negre. IFFR 1.

De Spaanse burgeroorlog heeft diepe sporen achtergelaten in de Spaanse ziel en het land. Er is veel bekend over de burgeroorlog zelf en de laatste jaren komen steeds meer verhalen boven. Maar hoe het in de jaren na de burgeroorlog was, is veel minder bekend. Pa Negre speelt in 1944 in een dorpje in Catalonië. De jonge Andreu vindt onverwacht in het bos twee dodelijke slachtoffers, ze lijken met hun kar van een klif gestort. Maar deze gebeurtenis zet een reeks ontwikkelingen in gang die iedereen tot verliezer maakt. De film toont hoe de burgeroorlog het dagelijkse leven blijft beïnvloeden, van de les op school tot de verhoudingen op het werk. Andreu zijn vader wil naar Frankrijk vluchten, maar wordt uiteindelijk gevangen. Andreu verblijft inmiddels bij zijn oma en moet na de terechtstelling van zijn vader een onmogelijke keuze maken. Wat hij kiest, hij verliest altijd.
De film combineert suspense, de angst en nieuwsgierigheid van een jongen met een sociale analyse. Het is niet de meest vernieuwende film, maar vertelt een tragisch verhaal dat je wel raakt en een bijzondere inkijk geeft in het Spanje van net na de burgeroorlog.

dinsdag 25 januari 2011

Oidipus, my foot. Is dit nog theater?


"Geef je je over ook als je niet weet wat er gaat gebeuren of blijf je kritisch kijken. Meestal schrijf ik een blog na de voorstelling, maar deze regels zijn geschreven tijdens Oedipus, my foot. Aangekondigd als een theatervoorstelling schrijf ik dit zittend terwijl de muziek en dans van 'The force be with you' klinkt. De vraag is wie dansen er, acteurs - daar heb ik er pas één van gezien en zij staat nu te dansen - of toch vooral publiek. De vraag is ook waarom blijf ik zitten?Verwacht ik dat er nog iets komt? Wil ik M niet teleurstellen dat ik te narrow minded denk over wat theater is? Vanwege de 16 euro of fascineert het toch? Ik weet het niet zeker. Ik zit in een lege zaal op de treden naar het podium. Een redelijk deel van het publiek is inmiddels weggegaan en ik besloot te gaan schrijven. Ik vraag me af, of links van ons nu de regisseur Jan Ritsema staat te dansen, te bewegen? Er danste net zo'n 12 tot 15 mensen. Deels steeds dezelfde in vaste bewegingen dus dat zal er wel een deel van de voorstelling zijn.
Na een begin met veel geluid en licht - en de vraag of de storing die drie keer optrad er nu bijhoorde of niet - verscheen er een actrice. Zij nodigde ons uit steeds dichterbij in een kring te komen staan. Een groot deel van het publiek kon haar horen noch zien. Maar dat maakte niet uit bleek. Zij sprak een zin en de kring het dichtstbij moest de zin herhalen voor hun achterbuurman. Zo verspreidde de tekst zich als cirkels in een vijver. Deels lacherig deels lastig en deels zoals het fluisterspelletje.
De muziek stopte even maar dreunt nu weer voort. Ik denk dat er nog zo'n 50 toeschouwers over zijn, een deelrdanst mee, een deel kijkt en sommigen schrijven of maken foto's. Door te schrijven kies ik er voor op afstand te blijven, en ook om eventuele ergrenis op afstand te houden... M is gefascineerd, ik hoor straks wel waarom.
Na de actrice lagen er ook nog microfoons op de vloer en er ontstond iets van een gesprek. Over waarom we hier zaten, over kunst en ego (met iemand die een Freudiaanse defintie gaf) en de vraag of je je geld moest terugvragen. De muziek en dans gaan door mijn vragen en analyse houdt even op - na dit 20 minuten geschreven te hebben - ga ik maar even gewoon kijken."
Tot zover schreef ik zaterdagavond tijdens de 'voorstelling' in het Kaaitheater in Brussel. Wat volgde was na de muziek en het dansen dat de spelers vage gesprekjes gingen voeren met een groepje mensen, gesprekken over boosheid en over nutteloosheid. Tot slot moesten we gaan staan, begonnen de acteurs er door heen te lopen en ons te duwen en een zetje te geven. Daar merkte ik dat ik me ging verzetten, waarom moest ik nu ook nog elders gaan staan....
Na afloop voerde M. en ik een intens gesprek over wat we hadden meegemaakt. Was dit nog theater of was het anti-theater? Werd geprobeerd ons duidelijk te maken dat we allemaal maar meedoen aan een systeem en ons conformeren? Of was het te gemakkelijk omdat de theatermaker kan weten dat we best mee willen doen aan zo'n experiment en het daarmee weinig zegt over het 'echte'leven? Ik weet niet. Ik merkte dat ik me toch had laten irriteren - op zich niet erg - maar ik miste het denken. Welke vraag was nu geprobeerd te stellen, werd ik werkelijk uitgedaagd of moest ik het gewoon maar ondergaan. Toch een bijzondere en vreemde avond.

Cranach: schilder van vrouwen en van Luther


Eindigde de tentoonstelling in Brugge met Dürer in Brussel begint de tentoonstelling over Lucas Cranach de oudere met Dürer. Cranach volgt het voorbeeld van Dürer in zijn werk. Cranach is een schilder die vooral beroemd is geworden met schilderijen van vrouwen, maar deze tentoonstelling laat veel meer van zijn werk zien. Het volgt de ontwikkeling van zijn kunst door de jaren heen en doet dat op een prachtige manier.
Bijzonder is om zijn verschillende religieuze werken te zien. Hij schildert in de Roomse traditie met heiligen, Christus, de kruisiging, maar hij wordt ook de schilder die Luther portretteert en hem daarmee beroemd maakt. Onderwijl ook nog doorschilderend voor bisschoppen.
Na Cranach gaan we in Bozar ook nog kijken bij een tentoonstelling van Gilbert en George. Hoe ze ook met de Engelse vlag spelen het werk haalt het niet bij de intensiteit van het werk van Cranach.

Bezette stad. Van Ostaijen op het toneel.

'Boem. Paukenslag.' Jaren geleden droeg ik een t-shirt met dat gedicht van Paul van Ostaijen er op. Ik was toen stomverbaasd dat iemand in de bus in New York opeens begon met dat gedicht voor te dragen lezend vanaf mijn shirt. 'Bezette stad' is een theaterbewerking van het gedicht dat Paul van Ostaijen maakte over het bezette Antwerpen in de Eerste Wereldoorlog. Nu de inspiratie voor een bijzondere voorstelling van de KVS.
'Ik vind me nergens'. Dat is de dichtregel die steeds terugkeert als we in de theaterzaal zijn. De voorstelling begint echter niet in het theater maar buiten in de stad. We lopen naar het metrostation en zien een man op het tegenoverliggende perron met een gettoblaster. Hij start een gesprek maar het is niet helemaal te volgen, wel klinkt muziek. Daarna op de stoep tussen het voortrazende verkeer vertelt een man over zijn angst voor het water. De omgeving, het dagelijkse leven wordt zo deel van het theater.
In de zaal zie je deze acteurs weer terug. We zitten in het rond met de acteurs / rappers / zangers ook in het rond en op een podium in het midden. Begint het met wat ik denk dat dichtregels van Van Ostaijen zijn, daarna gaat het over in eigen teksten. Het is erg knap wat ze allemaal met hun stemmen doen en hoe die samengaan. Maar ik zoek naar wat het verband is met 'Bezette stad'.
De voorstelling eindigt met het combineren van de stemmen en kreten van de acteurs en een deel van het publiek. Best een mooie combinatie. Een voorstelling die probeert de stad bij het theater te betrekken en daar deels in slaagt. Maar ik ben nu vooral benieuwd naar het oorspronkelijke gedicht van Van Ostaijen.

Foto: KVS

Van Eyck tot Dürer in Brugge

Brugge is een stad die veel van een openluchtmuseum heeft. Op het station in Antwerpen komen we de eerste dames tegen die ook onderweg zijn naar de tentoonstelling 'Van Eyck tot Dürer'. Al keuvelend hebben ze het over de tentoonstellingen die ze de laatste tijd hebben gezien; iets wat ik in Nederlandse treinen toch minder hoor (maar daar zit ik dan ook zelden in op dat tijdstip).
De tentoonstelling toont de invloed van de Vlaamse schilderkunst op met name Duitse en Oost-Europese schilders. Soms zie je dezelfde motieven en dezelfde compositie zo terugkeren. Het werk van Van Eyck en van Rogier van der Weijden worden ook door gravures die van hun werk verschenen steeds invloedrijker. Van Van der Weijden is een portret te zien, met een intense uitstraling. Het is interessant de ontwikkeling van de Oost-Europese schilders te zien maar de Vlaamse primitieven blijven het hoogtepunt.
De tentoonstelling eindigt met het werk van Dürer en hoe andere prentkunstenaars hem vooraf gingen. Grappig is een groepje kinderen te zien dat als opdracht krijgt om te zoeken waar de slang is in een beroemde prent van Adam en Eva. Afwachten of zij over een aantal jaar ook in de trein zitten en praten over de tentoonstelling die ze hebben gezien.

zaterdag 15 januari 2011

Verhalen op de Rotterdam




Voor een feestelijke bijeenkomst van Rotterdam - The Hague Airport heeft het Lage Licht een theatrale rondleiding gemaakt over de ss Rotterdam. Verhalen van een landverhuizer, van een matroos, de stuurman, de kapitein, zijn zoon, zijn dochter annex wannabe filmster en de goochelaar. Levendige verhalen over dromen, over schepen, vliegtuigen en verliefdheden. Met veel vaart, verve en plezier gebracht door alle spelers. Steeds wil je eigenlijk meer van ze horen. De teksten zijn van Willy Hilverda en de regie van Minnekus de Groot. Een beroemd schip komt zo weer tot leven.

vrijdag 14 januari 2011

Het voordeel van de twijfel

Vorige maand zagen we Laura van Dolron met Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt in de voorstelling 'Welk Stuk'. Nu is er een nieuwe voorstelling 'Het voordeel van de twijfel' van haar. Deze keer is ze de schrijfster en regisseur, het spel is van Steve Aernouts en Dion Vincken. Hoewel de tekst heel herkenbaar is, voelt het ook anders om niet Laura van Dolron zelf de tekst te zien spelen. Eén van de bijzondere elementen van haar voorstellingen is het feit dat de teksten over haar zelf (lijken te) gaan en ze op het toneel staat met een mengeling van oprechtheid, nieuwsgierigheid, twijfel en een soort onschuld. De teksten krijgen nu een deels andere lading: de nieuwsgierigheid en de twijfel zijn er zeker, de oprechte onschuld krijgt een andere vorm. Ik vraag me af of het te maken heeft dat de teksten nu door mannen worden gespeeld, Steve Aernouts heeft wat dat betreft een hoger 'Laura van Dolron-gehalte'. Iets wat dan ook weer een element in de voorstelling is.
Voortbouwend op Narziss und Goldmund van Herman Hesse zijn Steve en Dion in de voorstelling ook op zoek. Ze vertellen het verhaal van Hesse na, maar laten ons vooral meekijken in hun eigen zoektocht. Een zoektocht naar wat je echt wil doen; is dat inderdaad op een woensdagavond in de Kleine Zaal van de Rotterdamse Schouwburg staan? Hoe zoek je? Hoe ga je met de verantwoordelijkheid om voor een geslaagde voorstelling? Waar bestaat vriendschap uit? Het speciale aan de voorstelling is dat grote levensvragen ook de vragen lijken die spontaan in het gesprek tussen twee vrienden gesteld worden. Soms lijkt 'Het voordeel van de twijfel' even cabaret, maar gelukkig is het snel weer meer. Het is een nieuwe oprechte zoektocht. Juist die oprechtheid maakt ook deze voorstelling van Laura van Dolron weer een bijzondere ervaring.

dinsdag 11 januari 2011

Kinderen van de zon. De buitenwereld dringt binnen.

De vraag is of de zon opkomt, de buitenwereld binnenvalt of misschien wel allebei? 'Kinderen van de zon' van Toneelgroep Amsterdam / NTGent roept na afloop nog een aantal vragen op. Het is een intrigerende voorstelling. Zo roept het toneelbeeld van Jan Versweyveld opeens de herinnering op aan een uitvoering van 'Het Jachtgezelschap' van Thomas Bernard van Toneelgroep Amsterdam van jaren geleden. Ook daar een ondiepe ruimte. Daar kwam in mijn herinnering het bos steeds dichterbij en sloot de buitenwereld het gezelschap in, hier dringt de buitenwereld uiteindelijk de beschermde maatschappij binnen. Mokerslagen vermorzelen de dunne laag die het gezelschap van de chaotische buitenwereld scheiden. Je voelt de slagen die voorafgegaan werden door de verstorende en gevaarlijke acties van Jegor, de smid. Het is een voorstelling waar op het eind alles samenvalt. Het begin is traag, de gesprekken duren naar het schijnt eindeloos, de beschermde burgers praten en praten over hun eigen problemen. Maar die houding is niet meer te handhaven, de chaotische buitenwereld is daar.
Het is bijzonder zoveel goede acteurs samen te zien spelen. Jacob Derwig als Pavel, Halina Reijn als zijn zus Lisa, Gijs Scholten van Aschat als verliefde dierenarts Boris. Wim Opbrouck van NTGent speelt de schilder Dimitri Wagin en brengt altijd een een bijzondere combinatie van lichtheid en fysiek spel die iets extra geeft. Waar in de middag ik bovenop de masterclass van Frans Strijards zie ik nu vanaf het balkon dit stuk. Accenten liggen anders, het spel is minder fysiek groots, en de voorstelling is meer gericht op het oproepen van vragen dan alleen intens drama. En dat maakt deze voorstelling dan juist weer zo bijzonder.

Hartstocht voor toneel

Een zaterdagmiddag in het Kapelletje voor 'Meer dan kale planken en wat hartstocht' een voorstelling/masterclass van Frans Strijards. Een zaal vol met spelers en regisseurs, dan is het wel bijzonder daar als theaterkijker/liefhebber bij te zijn. De regisseur Frans Strijards laat zien hoe hij aan het werk gaat, en het is bijzonder daar bovenop te zitten. Het voelt letterlijk als in de keuken kijken en dan niet bij een snel kookprogramma maar in gecondenseerd theater (waarbij een zekere ironie natuurlijk is dat het geen spontane repetitie is, maar ook een gerepeteerde voorstelling).
In zijn voorstelling legt hij de nadruk op het fysieke aspecten van het toneelspelen. De proloog van Richard III krijgt een extra dimensie als die door een acteur wordt uitgesproken die zijn lichaam zichtbaar fysiek moet inspannen. Niet als trucje, maar juist om zo de kern van het verhaal naar boven te halen. Immers hier staat Richard III voor wie het einde van de oorlog een verlies is, dat wordt fysiek zichtbaar, hoorbaar en daarmee voelbaar voor ons als publiek. Bijzonder is te zien hoe hij naast Richard III ook in scèns uit Antigone en Kleine Eyolf steeds voor het grote dramatische, fysieke gebaar kiest. Dat zuigt je direct het verhaal in, raakt je en geeft veel energie. Tegelijkertijd maakt het me benieuwd om een zelfde scène ook op een veel kleinere manier te zien.
De middag beperkt zich niet tot een voorstelling, maar Frans Strijards gaat ook aan de slag met studenten van het RCTH. Moedig natuurlijk om zo voor publiek aan de slag te durven gaan met een scène over twee mensen na een psychologische test. Het is interessant om steeds de kleine verschuivingen te zien die hij aanbrengt en hoe zo de scène steeds kantelt. Een middag die weer een extra dimensie toevoegt aan het kijken naar toneel.

Lucifer

Vondel wordt in Nederland niet vaak meer gespeeld. Zijn Gijsbrecht van Aemstel was ooit een toneeltraditie, elk jaar op nieuwjaarsdag in de Stadsschouwburg in Amsterdam. Voor mij ook slechts iets waarover mijn ouders met enige nostalgie vertelden. De Vlaamse toneelgroep Zuidpool speelt nu Lucifer, een combinatie van zijn toneelstukken Lucifer en Adam in Ballingschap. Vorige week zag ik het in de Rotterdamse Schouwburg.
Het vergt enige tijd om je over te geven aan het zeventiende eeuwse Nederlands, in een verhaal dat gaat over de val van de engel Lucifer uit de hemel. Zuidpool brengt het op een prachtige manier: poppen en spelers tegelijk. Waar in het begin de spelers grotendeels achter de poppen verdwijnen, worden de spelers steeds zichtbaarder. Jan Decleir geeft prachtig vorm aan Lucifer en je raakt gefascineerd door hoe de engelen (onder aanvoering van stadhouder Lucifer) zich bedreigd weten door de mensen, de nieuwkomers. Wie heeft de voorkeur van God en kan je die voorkeur ooit kennen? Vondel laat je meevoelen met Lucifer en het is interessant zo op te gaan in de klassieke Nederlandse toneelschrijver.

zondag 2 januari 2011

Congo. Een menselijk panorama.


Met zijn boek 'Congo. Een geschiedenis' heeft David van Reybrouck al verschillende prijzen gewonnen. En terecht. Het is een indrukwekkende historische vertelling geworden die je laat kennismaken met de soms bizarre geschiedenis van Congo. Maar het is meer, het is ook en vooral het verhaal van de mensen in Congo. Vorig jaar april zag ik het toneelstuk Missie wat ook door David van Reybrouck is geschreven en eigenlijk twee aspecten van zijn indrukwekkende boek nader belicht. Het gaat over het enorm grote lijden en over de liefde en betrokkenheid van de Vlaamse priester bij Congo. De monoloog had een dramatisch einde: het begint te regenen. Die regen is het enige antwoord van God op de vraag van de priester naar het waarom van het lijden.
Dit boek is bijzonder omdat het een - grotendeels onbekende - geschiedenis helder analyseert en vorm geeft. Wat wij weten wij van Congo, behalve Mobuto en de VN troepenmacht? Van Reybrouck geeft de Congolozen zelf een stem, zelfs de hele ouden die nog bij ontdekkingsreiziger Stanley betrokken waren geweest. Dat brengt de geschiedenis nog dichterbij. Dat lukt goed van het begin bij de ontdekking en kolonisatie van Congo tot de Chinse connectie die zo cruciaal is voor het heden.
Het raakt je omdat je al lezend steeds meer beseft wat de Congolezen hebben moeten doorstaan en hoe bijzonder het is dat zij blijven vechten voor een betere toekomst voor Congo. De energie en het doorzettingsvermogen van veel van de mensen is echt bijzonder, je hebt het gevoel dat je Congo zo echt leert kenen. Het wordt duidelijk dat er geen makkelijke oplossingen voor Congo zijn. Als historicus is dat een logische conclusie, maar de vraag wat dat voor de mensen betekent, is moeilijk te beantwoorden. Is er een weg naar een meer stabiele, veilige en welvarende toekomst? Toch is het geen somber boek, hoe moeilijk de situatie in Congo ook is en was, er blijft hoop.
Van Reybrouck vroeg zich in een interview na het winnen van de AKO-literatuurprijs waar een dergelijk boek over Indonesië en de verhouding tot Nederland blijft? Hij heeft daarin gelijk, een dergelijk boek zou ik met veel interesse lezen. Maar dat boek is er over Congo, en dat is een indrukwekkend boek.