zondag 31 januari 2010

Monumenta 2010 Parijs

Enkele dagen na de aardbeving op Haïti verscheen op de voorpagina van de NRC een reportage met foto over de tentoonstelling Monumenta 2010. Christian Boltansiki vult de enorme hal van het Grand Palais in Parijs met kleren, de redacteur denkt aan de vluchtelingenkampen op Haïti bij het zien van deze kleren. Het is een bijzondere ervaring. Uit de kou van buiten loop je bij binnenkomst tegen een muur van verroeste dozen (16 hoog) elk apart genummerd. Dan de hal met steeds rechthoeken met kleren., verlicht door een tl-balk. Jassen met de binnenkant naar beneden en af en toe een truitje er op (een kindertrui?), vooral donkere kleuren. En een enorme berg van kleren (lichte kleuren deze keer en van allerlei soort) waaruit een grijper steeds opnieuw een hap neemt, waarna het naar beneden dwarrelt. Op de achtergrond het dreunende geluid van een hartslag.
Het beeld van de rechthoeken met jassen is beklemmend, je vraagt je af wie droegen ze. Het lijkt er op of de eigenaren er zojuist nog waren, en nu zijn de jassen leeg, verlaten, doods. De verlatenheid van een jas zonder eigenaar, een symbool voor de dood. Maar wel geordend, zodat je automatisch denkt aan massamoord, aan hopen kleren, aan vluchtelingen. De rechthoeken zijn het meest indrukwekkend, de hoop kleren heeft iets meer attractieachtig met de steeds opnieuw grijpende grijper. Maar je gaat verstild de kou weer in, schuilend in je eigen jas.

Ensor in Musée D'Orsay

Het licht is een centraal element in het werk van James Ensor. Reproducties kunnen de intensiteit van hoe hij met kleuren omgaat niet goed vangen. Deze lucht boven Oostende spat in het echt van het doek, de verf ligt in lagen op het doek. Je ziet de zon door de hemel komen en hoe de kleuren veranderen. Dat licht is niet alleen in zijn landschappen zichtbaar, maar ook in hoe hij zijn moeder en zus schildert en het licht door de gordijnen naar binnenkomt, of hoe bij de oesteretende vrouw het licht schittert in de glazen. Dat licht maakt de schilderijen spannend en levend, je zoekt hoe het licht het beeld kleurt.
Deze schilderijen met als centrale thema het licht vormen het eerste deel van de overzichtstentoonstelling van Ensor in het Musée d'Orsay in Parijs. In het vervolg van de tentoonstelling zie je hoe het licht overgaat in een hemels licht, zijn schilderijen krijgen religieuze elementen. Daarna komen de beroemde schilderijen van de maskers. De maskerades zijn intrigerend; de maskers verbergen maar maken ook het onzichtbare zichtbaar. Maar hoogtepunt voor mij zijn de schilderijen met de kracht van het licht.

woensdag 27 januari 2010

A serious man

De vraag is of geluk mogelijk is. In 'A serious man' doet Larry Gopnik manmoedig een poging om een goede man, vader, professor en lid van de joodse gemeenschap te zijn. Zijn pogingen worden echter niet beloond, zijn vrouw kondigt aan hem te willen verlaten en de wereld lijkt zich tegen hem te keren. De film heeft heel veel grappige scènes met een broer bij wie de pus uit zijn nek wordt gezogen, een dochter die steeds haar haren wil wassen, een buurvrouw die naakt ligt te zonnen en een zoon die zijn vader vooral nodig heeft om de antenne goed te richten. Maar onder de humor is de film tragisch als je Larry Gopnik volgt in zijn tocht naar een antwoord waarom hem dit overkomt. Want ook de rabbi's hebben geen antwoord op die vraag en als hij dan een keuze maakt, dreigt pas werkelijk het gevaar.

zaterdag 23 januari 2010

Cezanne - Picasso - Mondriaan




Het is altijd een risico te wachten tot het laatste weekend van een tentoonstelling. We stonden dus 40 minuten in de rij. De tentoonstelling laat vooral zien hoe Cezanne als inspiratiebron diende voor het Kubisme, voor Picasso en Mondriaan. Drie hele verschillende schilders, maar soms toch - onverwachte - overeenkomsten. Het paars van de Provencaalse landschappen van Cezanne wordt weerspiegeld in het paars van een strak duinlandschap van Mondriaan. De lijn van Cezanne naar Picasso is directer, waarbij Picasso veel verder ging met experimenten met vormen. Het zijn zo niet alleen de individuele schilderijen die boeien, maar ook de onderlinge verbanden.

'T is toch een traggedie

Maatschappij Discordia krijgt weer subsidie en brengt in de Rotterdamse Schouwburg 'Over de kunst'. Het is een verwarrende ervaring. Een mooi decor met twee houten wanden en een vloer van planken, een speciaal gebouwde tribune en ook daar achter wordt gespeeld. Maar wat het stuk probeert te zeggen, blijft me lang onduidelijk. Er wordt gesproken, althans, er wordt soms gezegd dat men een gesprek wil voeren. Er wordt verteld over iemand die in 1906 in het Louvre naar een beeld keek, en er zijn een soort worstelingen tussen de twee mannelijke spelers en men is zoekende. Dat is soms interessant, maar irriteert soms ook. Want waarom zou ik dit willen zien en willen meemaken.
De voorstelling wordt spannender als iemand wegloopt (spontaan of als deel van de voorstelling). dan komt er energie. Jan Joris Lamers zegt dat hij stopt met spelen omdat iemand wegging. Er ontstaat discussie, en ondertussen begint één van de actrices wijn uit te delen (zij sprak eerder de woorden 't is toch een traggedie'). Het eindbeeld van een met kleiwater overgoten speler is mooi, als hij de pose van een klassiek standbeeld aanneemt. Het blijft echter onduidelijk wat de voorstelling wil zeggen - is het het impressie van een repetitie of een filosofische beschouwing over wat kunst is of is het mislukt toneel. Soms irritant, soms intrigerend, goed om eens te zien, maar ik heb niet de behoefte snel nog eens te gaan.

zaterdag 16 januari 2010

Krijg nou Titus

Als Titus de hamburgers die hij bakte niet alleen aan de keizer en keizerin uitdeelt, maar ook aan het publiek vraagt wie wat wil eten, merk je de spanning door een deel van het publiek gaan. Als je het stuk Titus Andronicus van Shakespeare kent, weet je dat het geen gewone maaltijd is, maar de ultieme wraak. Niet eten die Hamburger dus. In de bewerking van de jeugdtheatergroep Siberia gaat het er om dat Titus pijn moet lijden, pijn zodat hij ook wraak zal nemen en zich niet langer neerlegt bij het lot.
In dit meest bloedige stuk van Shakespeare worden in het begin dan ook alle 21 handen opgehangen van de zonen van Titus die al zijn overleden. Waar zij stierven tijdens de oorlog. sterven de anderen aan de wraak en het gevecht in Rome. Een ontroerende vondst is om Titus 'zwaarder' voor zijn ter door veroordeelde zoon te laten pleiten met een steeds zwaardere last van stenen in zijn armen. Dan is meer dan een generaal die bevelen opvolgt, dan is hij een vader die pleit voor zijn zoon. Maar als alles tevergeefs is en hij niets meer te vrezen heeft, is hij de machtigste man. Dan neemt hij wraak, niet uit genot, maar omdat er geen andere uitweg meer is, zijn laatste zoon blijft verslagen achter. Een uitweg ontbreekt.

Rennen

Een bonk energie dat is de voorstelling Rennen. 22 jongens en mannen die als een groep over het podium lopen, eerst dichtbij elkaar en in een rustig tempo, dan waaieren ze uit en het tempo neemt toe. De lampen schijnen en de muziek is vol kracht. Ze komen op het publiek aangelopen en draaien juist op tijd om. De patronen variëren en de jongens stralen allemaal een ander soort energie uit. Je ziet ze hijgen, rennen en zweten. Het zijn meest strakke, energieke patronen.
Halverwege verandert het, niet alleen meer recht, maar ook door elkaar, appels etend en gooiend en daarna met de hand op het hart luisterend naar een volkslied. Eén probeert de anderen op te vangen als ze vallen, ze rennen weer, draaien, bewegen. De wereld verandert echt als een vrouw door het gezelschap loopt. Maar als ze weg is, begint de mannenwereld weer opnieuw. Met verbeten blikken, met open gezichten, met een blik opzij, maar vooral met veel energie lopen en rennen deze jongens de wereld in.

Meester van de zwarte molen (Krabat). Het boek.

Vorige week zag ik de film en dat was reden om het boek weer te lezen. Het boek is op sommige punten anders dan de film. Het verhaal ontwikkeld zich geleidelijker, het toveren neemt een grotere rol in. Bovendien heeft de zwarte magie een aantrekkelijke kant, de Meester probeert Krabat te verleiden en Krabat ziet de aantrekkelijke kant er ook van. Interessant zijn de dromen die Krabat heeft en een belangrijke rol spelen. De laatste scene is anders, waar in de film het meisje Krabat tussen de raven moet herkennen, moet ze hier hem met een blinddoek vinden. Maar steeds overwint de liefde.

zondag 10 januari 2010

Krabat

De zaal van Lantaren-Venster is leeg als we Krabat gaan zien; waarschijnlijk toch te slecht weer. Krabat past in het rijtje klassieke kinderboeken waar de laatste jaren films van zijn gemaakt: Kruistocht in spijkerbroek, Brief aan de Koning en Oorlogswinter. Nu de verfilming dus van 'Meester van de Zwarte Molen (Krabat)'. Het boek staat nog in mijn kast, en met kinderhandschrift staat mijn naam er in. Waarschijnlijk kreeg ik het toen ik 9 of 10 was.
32 jaar later is het nog steeds een spannend en soms eng verhaal. Krabat, wees geworden tijdens de dertig-jarige oorlog, wordt leerling bij de Zwarte Molen en moet zich aan de zwarte kunst wijden. Het ruige landschap is mooi verfilmd, evenals het zware werk dat de molenaarsgezellen moeten doen. Evenals de nachtelijke bezoeker die wel heel luguber materiaal komt laten malen. Na jarenlang genoten te hebben van Harry Potter is dit een andersoortig tovernij (hoewel het veranderen in kraaien doet denken aan de animagi uit HP). Het is geen parallelle wereld zoals in Harry Potter, nee zwarte magie is hier een alternatief geloof. Krabat kan zich pas echt er aan geven als hij zijn kruisje begraafd. De dood wordt hier niet bedwongen door de ziel te splitsen maar door een ander te offeren. Al met al zwarte duistere magie.
De magie kan echter doorbroken worden door liefde. Het einde komt in de film wat te abrupt. Waar in het boek het verblijf in de molen drie jaar duurt, is het hier korter. De ontknoping die ik me uit het boek als spannender herinner, is hier gelijkmatiger. Hoewel het kloppen van het hart als symbool van de liefde mooi is gedaan. Het was goed om zo het boek tot leven zien te komen, maar nu is het weer tijd het boek te gaan lezen.

Pasolini

Het is al weer jaren geleden dat ik de biografie van Pasolini die door Schwartz was geschreven las, nu zie ik dan de voorstelling Pasolini van Toneelgroep Oostpool. Een indringende en indrukwekkende voorstelling die fragmenten toont en analyseert van het leven van Pasolini. De fragmenten lopen uiteen van de sadistische beschrijvingen uit Salo tot zijn eenzaamheid gecombineerd met zijn liefde voor zijn moeder, van zijn socialisme en geloof (met een kleine speeldoos die de Internationale ten gehore brengt) tot zijn homo-erotiek.
Het toneelbeeld is prachtig, strak licht, opeens een vloer vol glasscherven en een moeder die al kaartspelend voortdurend aanwezig is maar niets zegt. De acteurs Joep van der Geest en Stefan Rokebrand maken grote indruk met slim spel, fysieke aanwezigheid en commentaar op het toneelspelen. Rokebrand vertelt steeds sneller en sneller waarna hij liters melk drinkt. Van der Geest springt en springt en oogt op hakken imponerend. De voorstelling is intrigerend en maakt duidelijk dat de kunstenaar Pasolini die grenzen probeerde te verleggen, ook teder was en dat zijn kunst nog steeds leeft. Oostpool blaast hem volop nieuw leven in.

Oceanië

Het wereldmuseum in Rotterdam is verbouwd en opent met een tentoonstelling over Oceanië. Het pand is prachtig geworden zowel van binnen als buiten. Met de unieke ligging aan de Maas en de Veerhaven is het één van de mooiste plekjes in Rotterdam. Het Wereldmuseum wil meer zijn dan alleen een museum en heeft dus een wine-bar, restaurant en een prachtige balzaal (misschien is een combiticket Oceanië en Oceanium van Blijdorp nog een idee voor de beleveniseconomie). Je verlangt meteen naar een gelegenheid om in de balzaal met uitzicht op de Maas een feest te geven.
De tentoonstelling toont voorwerpen uit het immens grote gebied dat Oceanië wordt genoemd. Beelden, gebruiksvoorwerpen, wapens, bewerkte schedels, de diverse kanten van het leven komen aan bod. Het is een onbekende wereld, maar met prachtige voorwerpen. Hoe hard het dagelijks leven ook was, er werden prachtige voorwerpen gemaakt. Hoogtepunt voor mij waren de zogenoemde haakbeelden. Indrukwekkend, doorschijnend, krachtig en elk met een andere gezichtsuitdrukking.

Adams appels

Een musical gebaseerd op een film over een neonazi die in een gemeenschap onder leiding van een dominee weer op het rechte pad moet komen door het bakken van een appeltaart. Dat levert vast en zeker een ongebruikelijke voorstelling op van Olympique Dramatique. Dat was het ook, de neonazi praat het grootste deel van de voorstelling met een kinderlijk hoog stemmetje. De musicalnummers variëren van Bollywoord-imitaties tot een (moeilijk verstaanbare) Vlaamse rap. Het is een aaneenschakeling van scènes die wel verbonden zijn door een rode draad, maar het is een losse draad.
Wat de voorstelling precies probeert te zeggen wordt niet helemaal duidelijk. Is het dat de neonazi toch ook menselijke trekjes heeft omdat op het einde hij probeert te redderen als de wereld ineenstort. Is het dat de dominee vooral gek is, de werkelijkheid ontkent, maar daardoor toch ook in mensen het goede oproept? Of is dit teveel en is het vooral een grappige avond. Een antwoord heb ik nog niet gevonden.

donderdag 7 januari 2010

Nieuwjaarsconcert RPHO

Terwijl het buiten koud was, rondom Amsterdam het verkeer vastliep, vond in De Doelen het nieuwjaarsconcert van het Rotterdams Philarmonisch Orkest plaats. Een mooi concert, maar ook een social event waar ik vanuit mijn werk bij mocht zijn. De burgemeester verwelkomde bijvoorbeeld de Franse ambassadeur vanwege de tourstart dit jaar. Het was dus deels ook een kwestie van zien en gezien worden, veel beste wensen en netwerken. Dat maakt het toch tot andere ervaring dan een gewoon concert- of theaterbezoek.
Het programma begon met de Unvollendete Schubert, daarna het derde vioolconcert van Mozart en tot slot - en voor mij het hoogtepunt - de Sinfonietta van Janacek. Een spannend muziekstuk met veel koper en moderne, soms jazzy accenten. Een feestelijke, strijdbare afsluiting en goed muzikaal begin van het jaar.

zondag 3 januari 2010

Avatar

Je kan Avatar op verschillende manieren bekijken. Als het hoogtepunt van de special effects, want waar identificeer je je zo met Avatars (het is al weer een grote ontwikkeling na Gollem uit The Lord of the Rings). Je kunt hem ook zien als klassieke fantasie over de edele wilden die in contact zijn met de natuur (een geslaagde illustratie van de mislukte Kopenhagen top). Als een film waarin de zoon zijn surrogaat vader moet overwinnen en zo zich zelf moet vinden. Dit alles klopt, maar het is ook een interessante metafoor over invasies en de macht van de VS en het Westen. Want hoewel het misschien vergaand lijkt om de inheemse bevolking te vergelijken met de Irakezen of Afghanen ,de parallellen worden duidelijk getrokken. Er wordt gesproken over het winnen van de 'hearts and minds' door de stichting van scholen, over de noodzaaak om 'terror' met 'terror' te beantwoorden en het nut van een 'pre-emptive strike'. Maar het meest bijzondere is dan dan in zo'n grote Hollywood productie duidelijk is dat het Westen moet verliezen en dat je dat als kijker ook wilt (en daarmee moet willen). De wereld is wat dat betreft veranderd met een paar jaar geleden, je zo bijna zeggen 'Yes, we can'.
Maar kies zelf op welke manier je de film wil bekijken, hem in 3D zien is zeker spectaculair. Het is een hoogtepunt in special effects en je waant je daadwerkelijk in een andere wereld. Het verhaal is op zich weinig bijzonder, maar dat biedt de gelegenheid om de film op talloze andere manieren te bekijken.

Wintercircus Louis Knie

In veel Nederlandse steden zijn er wintercircussen te zien. Vorig jaar zag ik het circus in Ahoy' nu in Utrecht. Het is leuk om een circus met kinderen te zien want dan is de magie het grootst. Grappig was de start met gedresseerde koeien, sowieso waren er nog veel dieren te zien (waar was de Partij voor de Dieren...?). Sommige optredens waren spectaculair zoals het draaiende rad van de Granadeiro Brothers. Andere optredens zijn vooral te lang, zoals de clowns. Een leuke belevenis maar de voorstelling had wel driekwartier korter gekund.

Komt een vrouw bij de dokter

De film heeft enorm veel publiceit gekregen en als je noch het boek kent, noch alle tv-optredens hebt gezien en alleen de weinig positieve recensies hebt gelezen, dan valt de film niet tegen. Het is echter niet een film die gaat over een vrouw die bij de dokter komt, maar over haar man. Over Thijs en hoe hij in het leven staat, zijn hang naar genot, zijn liefdes en zijn onmacht. Barry Atsma speelt hem vol overgave en wat interessant is dat hij niet mooier wordt voorgesteld. In zekere zin blijft hij een puber die zelf het centrum van het universum is. Het verhaal zelf raakt je niet echt - op de clichématige maar doeltreffende scène van stervende moeder met kind na.
De film is mooi vormgegeven met kloppende details (een NHG-tas voor de huisarts zo werd me uit betrouwbare bron verzekerd) en bijzonder goede acteurs. Niet alleen Carice van Houten, maar vooral ook Jeroen Willems, wijlen Sacha Bulthuis als specialist en Pierre Bokma als huisarts.

Texel

Texel in de winter en met wat sneeuw. Heerlijk om tussen alle drukke dagen even uit te waaien, te wandelen en lekker te eten.

Tom Lanoye: Sprakeloos

In zijn nieuwe roman (voor gebrek aan een beter woord) creëert Tom Lanoye een momument voor zijn moeder. Een monument voor al haar bijzondere kanten, haar drama, haar taal, haar moederliefde, haar scherpte en gemeenheid, haar heerschappij en haar verlies. In een taalwaterval probeert hij het te compenseren dat door een beroerte zij eerst haar spraak verliest en later veel van haar andere functies tot ze dan mag overlijden.
Tom Lanoye zoekt hij hoe hij over haar kan schrijven en realiseert zich dat hij pas kan schrijven nadat ook zijn vader is overleden. Dan volgt een serie van verhalen die zich in elkaar vlechten, kronkelen en weer terugkomen over zijn moeder, zijn vader, zijn broer die bij een ongeluk overlijdt en over zichzelf. De dramatische toon van het boek past bij een moeder die een overtuigd amateuractrice was en via drama leefde. Het boek laat ook zien wat taal kan en hoe wreed het noodlot is om een vrouw die van taal hield die te ontnemen. De vormgeving van het boek past ook bij het verhaal en het fragmentarische karakter er van. Het boek is vast een ander monument geworden dan waar zijn ouders op hadden gehoopt, maar het is indrukwekkend monument.