dinsdag 29 mei 2012

Les Enfants Terribles.

Een projectiescherm met vallende sneeuw. Combineer dat met de muziek van Philip Glass en je krijgt een hallucinerende ervaring; af en toe had ik de indruk dat het toneel bewoog. Het verhaal van Jean Cocteau over broer Paul en zus Elisabeth zijn door Philip Glass getransformeerd in een prachtige opera. De begeleiding bestaat 'slechts' uit drie piano's, maar met de kenmerkende ritmes en herhalingen van Glass werkt die zeer krachtig.
Het verhaal van de getormenteerde liefde van broer en zus voor elkaar en het noodlot van elkaar en anderen daarin pijn doen wordt - ondanks het absurde karakter ervan - overtuigend gebracht. Na de videoprojecties tijdens Blauwbaard's Burcht is dit opnieuw een voorstelling waarin video een extra laag toevoegd. Niet alleen de vallende sneeuw werkt, maar ook de benauwenis van de zolderkamer van Paul en Elisabeth, de stripachtige illustratie van de dood van Michael de man van Elisabeth (en herinnerde mij aan de bewerking in de Harry Potter film van het verhaal van 'the elder wand'). Tot slot kleurt de video rood bij de dood van Paul en Elisabeth.
Het was een productie van de opera uit Bordeaux met een prachtige hoofdrol voor Chloé Briot als Elisabeth. Hopelijk nodigt deze voorstelling uit de komende jaren meer van zulke producties naar Rotterdam te halen.

maandag 28 mei 2012

Distant Voices. Stemmen die grenzen overgaan.

Hoorden we tijdens een voorproefje van de operadagen 'Ombra mai fu' op straat, nu klinkt het uit een elektronische boom. Het is één van de installaties in het nieuwe Luxortheater als start van 'Distant voices', de operareis van dit jaar met speciale aandacht voor de techniek. Vanuit het Luxor gaat het naar de verlaten Fenixloodsen op Katendrecht. We komen eerst terecht in de totalitaire Witte Wereld waar vrij naar Orwell alleen maar gezongen mag worden (en dan als musical met altijd aanwezige glimlach) en spreken verzet blijkt. Net als in '1984' blijkt verzet niet te mogen baten en is de echt zingende stem nog slechts een herinnering.
Hierna volgt Sol10 met muziek van Monteverdi, video, dans en zang. Een prachtige combinatie die weer hoop geeft op de liefde. In de installatie Blauwbaard's Burcht zien we een indrukwekkende beeld- en geluidsinstallatie die nieuwe dimensies aan het verhaal en vooral het beeld geeft. Het beeld is zo intens, dat je vergeet dat je slechts naar projecties zit te kijken. Zeker als de dekens één voor één op de brancard worden geveegd.
De tocht eindigt als die begon met een combinatie van opera en electronica. Zweedse zangeressen combineren aria's met electronische geluiden en zeker in de grote ruimte van de loods, met de lift komt dat prachtig tot zijn recht. Steeds wordt er iets toegevoegd aan de muziek, natuurlijk het beeld, maar ook extra dimensies aan de stem en het geluid. Een geslaagde, avontuurlijk reis.

Het spookhuis der geschiedenis. Beelden die bijblijven.



Geschiedenis als les, als waarschuwing, als illusie of als spookhuis. Als je geschiedenis hebt gestudeerd, weet je dat de geschiedenis voor alles bruikbaar is. Deze keer dient de geschiedenis als inspiratie voor de nieuwe muziektheatervoorstelling van Wunderbaum. Een muziektheatervoorstelling waar in de traditie van Thomas Bernhard gescholden wordt op het hedendaagse theater - en vooral de opera en zijn publiek. Waar tekstschrijver Gerardjan Rijnders zijn gal en ironie spuit. Dat is leuk, maar soms ook wat langdradig.
Wat de voorstelling echter bijzonder en krachtig maakt zijn de beelden met de muziek van Wagner. Beelden uit de collectieve geschiedenis die een nieuwe dimensie krijgen. Beelden van een stervende zwaan, overgoten door stookolie, simpel maar teder. Beelden van Steve Jobs als de nieuwe profeet met dwepende volgers. Beelden van de acteurs met prachtige maskers van Merkel, Sarkozy en Rutte die bedelend het publiek in komen. Beelden van de waanzinnige theatermaker Loetz. En het meest indrukwekkende beeld dat van de vallende man uit de Twin Towers, een beeld dat iedereen raakte. Maar ook het morrelen aan het beeld doordat spelers uit 'het spookhuis' het Schouwburgplein opstappen en Loetz ons (of zijn het nu juist de anderen buiten) oproept om te veranderen. Geschiedenis heeft altijd de hoop van verandering. Deze spookgeschiedenissen roept beelden op die bijblijven.

Preview God's Wezen.


Jaren geleden veroorzaakten de tiendelige filmserie 'Dekalog' van Krzysztof Kieślowski een sensatie op het Rotterdamse filmfestival. Een serie actuele films over de tien geboden in de setting van het Warschau van de jaren tachtig. Indrukwekkende menselijke verhalen. De theateruitvoering door NTGent/Wunderbaum was opnieuw heel speciaal en staat in mijn top 10 van beste ooit geziene theateruitvoeringen. Het getuigt dan ook van moed dat KRT als amateurvereniging in regie van Minnekus de Groot nu vier delen gaat uitvoeren.
Afgelopen week mocht ik een preview zien. Het werk is nog niet helemaal af, maar de kern staat al. En die staat goed. Gekozen is voor de verhalen waarin de relatie ouders - kind centraal staat. Deze vier verhalen worden gecombineerd met eigen jeugdherinneringen van de spelers. Zijn deze jeugdherinneringen vooral warm, de Dekalog delen zijn menselijk, tragisch, zoekend en eindigen vol humor. De spelers geven mooi vorm aan de zoektocht van elke ouder en van elk kind, wat kan je zeker weten? De kracht van de verhalen raakt opnieuw en wordt versterkt door de live muziek.
Een aanrader om te gaan zien dus. Op 8, 9 en 10 juni in 't Kapelletje in Rotterdam en kaarten zijn verkrijgbaar via www.hoenu.nl.

Winterlogboek. Het lichaam van Paul Auster.


De romans van Paul Auster verschijnen de laatste jaren meestal eerst in het Nederlands, pas maanden later is dan de Engelse versie beschikbaar. Waar ik de afgelopen jaren steeds die editie afwachtte, koos ik dit maal toch voor de Nederlandse versie. Het is een klassiek Paul Auster-boek, maar ook persoonlijker dan veel van zijn andere werk. Klassiek in de zin dat toeval een grote rol speelt, maar ook door de lijstjes die er in voor komen (bijvoorbeeld van alle adressen waar hij ooit heeft gewoond). Persoonlijk omdat zijn (ouder wordenden) lichaam centraal staat en de sensaties die dat lichaam bij hem heeft opgeroepen. Van het vallen als kind tot angstaanvallen in meer recentere jaren en hoe die gerelateerd zijn aan het overlijden van zijn moeder. Een intiem en vooral lichamelijk boek dat je doet afvragen hoe het met je eigen lichaam is gesteld.

DordtYart. Waar de omgeving de kunst versterkt.


Het Ruhrgebied kent de Zollverein, Ulft de voormalige DRU-fabrieken, Rotterdam de Onderzeebootloods en in Dordrecht is er nu DordtYart. Een prachtig nieuw centrum voor moderne kunst in de Biesboschhal. Niet alleen een ruimte waar kunst te zien is, maar waar ook kunst wordt gemaakt. Dat voegt een extra dimensie toe in vergelijking met andere industriële expositieruimtes. Zo werkte Erik Sep aan zijn stad die voorlopig nog niet af was, maar wel voortdurend in beweging was, dankzij een rijdende trein met camera.
Veel van de kunstenaars in DordtYart combineren kunst en techniek. Een prachtig voorbeeld zijn de werken van Zoro Feigl. Een lichtinstallatie die aan Olafur Eliasson doet denken en buiten glazen globes gevuld met water waarbij de zon het hout er onder langzaam doet wegbranden. DordtYart is een plek om vaak naar terug te gaan.

Slaaf of sla af.


Jack Wouterse was vorig jaar in het nieuws toen hij over zijn eigen eet- en cokeverslaving vertelde. Dat maakt dat je nu anders naar ‘Slaaf’ kijkt, ook al is de tekst van Oscar van Woensel. Wat is autobiografisch, wat is fictie? Hoewel eigenlijk een vraag van geen belang, dringt die vraag zich toch bij me op. Ik realiseer me dat het komt doordat – ondanks het prachtige spel van Jack Wouterse – de voorstelling toch op afstand blijft. We kijken naar de gekte en de diepte van de verslaving; en zien de dominantie, woede, gekte en het gemaakte optimisme (morgen stop ik). Echter de verslaving is zo overheersend en gek, dat ik geen relatie kan leggen met de alledaagse verslavingen die we allemaal wel hebben of kennen. Natuurlijk het is de laatste tientallen jaren steeds duidelijker geworden dat verslaving een psychiatrisch ziektebeeld is, maar ik mis in de voorstelling – ondanks het fantastische spel en intrigerende decor - die verbinding en daarmee het geraakt worden.

zondag 6 mei 2012

Theater in april. Van 'De Perzen' tot 'Dood van een handelsreizger'.

Soms is er wel veel theater dat je ziet, maar is er te weinig tijd om er over te bloggen. Daarom een paar korte impressies van voorstellingen die al weer even geleden zijn. De Perzen van Dood Paard gaf een radicale nieuwe vorm aan het klassieke verhaal. Krukjes symboliseerde het Perzische volk en werden één voor één omgekeerd naarmate het aantal doden toenam. Een sterke bewerking. Jeroen Willems schitterde eerst in Ludwig van de Münchner Kammerspiel, daarna zagen we hem in 'Flow my tears' van Veenfabriek. Zowel Jeroen Willems als Marleen Scholten zingen en spelen goed en de liederen van Dowland zijn mooi, juist ook in hun uitvoering. Maar als geheel overtuigd de voorstelling niet, want het concept van een Indiaan wordt nergens logisch en sleept je niet mee. 'What's happening brother' was een openluchtvoorstelling in de regen op het Eendrachtsplein. Een verhaal over twee broers, met veel vuur gespeeld door Sadettin Kirmiziyüz. De klassieke tegenstelling tussen de beschermende, maar ook risico's nemende broer versus de kunstzinnige broer wordt geplaatst in de Turkse gemeenschap van een provinciestad in de jaren negentig. Een innemende voorstelling. Vissen hoesten niet is een muziektheatervoorstelling van Slagwerk Den Haag. Opmerkelijk genoeg begint de voorstelling zwijgend, de spelers hebben koptelefoons op en bewegen hun drumsticks langzaam op en neer. Pas na verloop van tijd komt er muziek, maar vooral geluid. Geluiden van diverse soorten die een afwisselende scoundscape maken. Hoewel het decor en het beeld mooi waren, was ik te moe om goed in de voorstelling te komen. Het hoogtepunt van de deze voorstellingen was De dood van een handelsreiziger van het Rotheater. Het is de tweede succesvolle Arthur Miller tekst dit seizoen, na het heftige en intense 'Na de zondeval' door Toneelgroep Amsterdam nu de kleinere, tragische 'Dood van een handelsreiziger'. Een voorstelling die bijzonder actueel is in tijden van crisis, want hier gaat het om de kleine man die zijn hoofd niet langer boven water kan houden en alleen nog zijn trots bezit. Een trots die enerzijds vals is en illusies kweekt en voorkomt dat hij zijn zonen echt ziet. Ziet met hun fouten, maar ook met hun liefde voor hem. Maar hoe kan hij die trots opgeven als dat alles is wat hem nog rest. Een prachtig toneelbeeld met een beklemmend huis en met veel wit en tedere ballonnen. Met Herman Gillis als een Willy Loman die zowel irritatie als medelijden opwekt en met Gijs Naber als zijn zoon Biff die nog eenmaal de meest intense en indringende poging doet om zijn vader te bereiken. Je blijft stil achter.

zaterdag 5 mei 2012

Sean Penn als verweerde rocker.

Een middelbare, verweerde ex-rocker, in het zwart, met lipstift, loopt met zijn boodschappenkarretje in een Iers winkelcentrum. Bijzonder, maar ook beroemd want Cheyenne wordt herkend. In 'This Must be the place' speelt Sean Penn Cheyenne fantastisch. In het begin verveeld, een beetje depressief, maar steeds ook met daaronder een licht-absurde, kinderlijke ondertoon. Met lichte tragiek, dan de waarheid sprekend, met een klein lachje en een verweerde blik. Zoekend, niet-wetend hoe hij moet omgaan met de dood van zijn vader. Een vader die hij dertig jaar al niet sprak. En dan diens zoektocht maar oppakkend, zoekend naar diens bewaker uit Auschwitz. Helemaal logisch wordt de film niet, maar hij ontregelt op een prettige manier. De beelden van de Amerikaanse landschappen zijn prachtig, hij heeft bijzondere ontmoetingen en vindt een andere manier van wraak. En dan krijgt het roken van een eerste sigaret opeens een andere betekenis.

vrijdag 4 mei 2012

Tartuffe. Kleurrijk en schrijnend.

Na ‘De vrek’ is ‘Tartuffe’ de tweede Molière van het seizoen die we seizoen. Ook hier staat de schijnheiligheid centraal in een familie die steeds verder desintegreert. Tegelijkertijd zijn het ook twee volstrekt andere voorstellingen. Na een proloog van de zeer geïntegreerde Bulgaarse bediende die poeziëversjes en liedjes reciteert is er de meest spectaculaire openingsscene. Grote confettikanonnen blijven confetti en slierten afschieten in een prachtige belichting. Het toneel wordt voller en voller. Prachtig en tegelijk schrijnend om te zien, hier zijn we aan het einde van het feest. Het duurt dan ook niet lang voor Tartuffe opkomt en Orgon, de heer des huizes in de ban raakt van de godsdienst van Orgon. Wim Opbrouck speelt Orgon magistraal, over de top, licht, waanzinnig, dansant, zingend en verloren. Een feest om naar te kijken en om te zien hoe allen zich tot hem verhouden en zich ook steeds meer tot Tartuffe gaan verhouden. In deze uitvoering verliest Orgon, hij komt te laat bij zinnen. Zijn huis, zijn vrouw en zijn bediende zijn nu van Tartuffe. Was er eerst de schijn van het feest, was er even de schijn van het geloof, nu is er geen schijn meer. Foto: Phile Deprez

Een bijzondere zondagmiddag in Zuidplein

Zondagochtend 11.45 bij theater Zuidplein. Voor de ingang staan in het druilerige weer een aantal oudere dames te wachten, een paar steunen op hun rollator. Ze komen voor de lunch en daarna voor de dubbel voorstelling over Dorus. Even later stroomt de kleine zaal van Zuidplein tot de laatste stoel vol met ouderen. Een heel ander publiek dan de eerdere keren dat ‘OVER Tom Manders’ en de voorstelling krijgt daardoor een ander karakter. Bij de première tijdens het ATFR kreeg de laag over theater de meeste aandacht, bij de uitvoering in de Schouwburg zag ik vooral het verhaal over vriendschap. Maar in Zuidplein was het de nostalgie over Dorus. Een publiek vol ouderen reageert anderen. Als Kees ongeduldig staat te wachten op zijn medespeler, zegt de dame naast me ‘Nou daar kan ook geen glimlach af’ en even later roept iemand dat er harder gesproken moet worden. Maar het publiek leeft mee, met de anekdotes over Dorus en met hun eigen herinneringen. Het is mooi te zien hoe de voorstelling zo een steeds ander accent krijgt. Na de voorstelling ‘OVER Tom Manders’ volgt een muzikaal optreden van Kees Korbijn en Jos Valster. Dan kan het publiek meezingen met de motten, de loper die wordt uitgelegd en met Kees zijn eigen liedjes over Dorus in het café op de Kaap en over bananen en meloenen. Het publiek is laaiend enthousiast en zingt uit volle borst mee. En zo eindigt een gedenkwaardige theatermiddag met een bijzonder Rotterdams publiek.