Het is druk in het Kapelletje voor de tweede avond van het Monologenfestival. Vrienden, familie en liefhebbers komen kijken naar vier monologen. De eerste monoloog valt een beetje tegen, een klein verhaal over een verloren vriendschap. In de tweede monoloog wordt een tekst van Esther Gerritsen gespeeld over een man die aan waandenkbeelden leidt. Hij wordt stevig neergezet en roept de vraag op of het publiek iemand anders kan zien dan er is. De laatste monoloog is een 'oude hoer' uit een stuk van Claus, waar de honden naar blaffen. In de belichting wordt grappig gebruik gemaakt van de bovengalerij van het Kapelletje.
Zelf kom ik voor de monoloog 'De verliezers' uit de roman van Anna Blaman door Minnekus de Groot, in regie van Kees Deenik. Waar in de tweede monoloog de vraag gesteld werd of je je beeld van iemand kunt veranderen, wordt hier overtuigend getoond dat dat kan. In de 20 minuten is M niet alleen Louis Corstiaan, maar ook zijn zieke vrouw, zuster Vos, de begrafenisondernemer en God. Vloeiend en duidelijk wissel je tussen de personage en steeds is het Louis die een deel van die ander laat zien. Het is niet alleen een overtuigend jaren '50 beeld, maar het maakt het gevoel van opgeslotenheid, van onhandigheid, van verdriet en van zo gevangen zijn dat de kans op ontsnapping genegeerd wordt ook tastbaar. Je wordt geraakt door de goedbedoelde maar toch tot mislukken gedoemde pogingen van Louis. En je vraagt je inderdaad af of God pas laat de mensen het inzicht in hun leven geeft of dat Louis anders had gekund. Louis heeft verloren. De voorstelling slaagt door intensheid, emotie, eenheid en zuiverheid.
Hamlet, Theater Rotterdam
5 jaar geleden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten