Als jongen las ik alle Havank detectives die bij mijn vader in de kast stonden. Detectives met altijd een Dick Bruna omslag, altijd met een ingewikkeld verhaal en met erg barokke zinsconstructies. De schrijver Havank (H. van Kallen) overleed in 1964 na dertig detectiveromans met meestal de Schaduw als hoofdpersoon. Na zijn dood verschenen nog meer dan twintig delen die door de journalist Terpstra werden geschreven. Vorige week op de verjaardag van mijn vader zag ik opeens weer een vertrouwde omslag liggen, een nieuwe Havank? Niet helemaal nieuw, het is een deel uit 2008 een Havank geschreven door (Thomas) Ross.
Maar nu het uit is, denk ik tja. Het is grappig om weer zinnen in dezelfde stijl te lezen, vertrouwde karakters te ontmoeten en de Schaduw sigaar na sigaar te zien opsteken. Maar het verhaal is erg ingewikkeld om niet te zeggen onbegrijpelijk. Naamsverwisselingen, moorden natuurlijk, chantage, een grote rol voor Willem H., plastische chirurgie waarbij handen worden aangezet en verschillende soorten dames. Pas in het laatste hoofdstuk wordt alles uitgelegd als in een Hercule Poirot mysterie van Agatha Christie. Het lijkt me beter de Havank's voortaan maar als jeugdsentiment te koesteren dan ze te herlezen of nieuwe delen te lezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten