De Eerste Wereldoorlog blijft volgens mij voor Nederlanders nog altijd meer op afstand. 'We' deden niet mee en maakten niet meer hoe miljoenen jongens en mannen omkwamen. Jaren geleden was ik in Verdun en als je daar de graven, de beenderen en de loopgraven ziet dan voel je 'ik ben in een schuldig landschap'. Deze triologie is bijzonder doordat het de oorlog op een andere manier laat zien. Het combineert historische feiten met fictie doordat bekende figuren als bijvoorbeeld Siegfried Sassoon, Wilfred Owen, Robert Graves en Robert Ross er in voorkomen.
Maar het meest bijzondere aan de romans is dat ze er zo in slagen de onmogelijkheid van keuzes in de Eerste Wereldoorlog zichtbaar te maken. Hoe om te gaan met een zinloze oorlog. Moet de arts Rivers soldaten met shell shock helpen te herstellen - door ze met hun ervaringen en herinneringen om te laten gaan, de emotie en onmacht te leren erkennen - om ze daarna weer terug naar het front te laten gaan. Waar ze vervolgens alsnog kunnen sterven. Kun je kameraden in de steek laten of kies je voor hen omdat je anders je zelf niet meer onder ogen kunt komen? Wat betekent de keuze om niet te vechten in die situatie? Krijgen homoseksuele gevoelens meer kans in een omgeving van alleen mannen en wat betekent liefde voor mannen en mannelijkheid?
Terugkerend element in de drie delen is de verhouding tussen de - echte - arts Rivers en zijn - fictieve - patiënt Billy Prior. De laatste is echter meer dan een patiënt, niet alleen daagt die Rivers uit en draait daarmee de rollen om. Met Billy Prior leef je mee in het niet praten, in zijn verzet tegen de klasseverhoudingen, in zijn seksuele ervaringen, zijn pijn en zijn angsten. Hij gaat uiteindelijk ook opnieuw 'over the top' in een volstrekt zinloze aanval. Zoals Wilfred Owen dichtte
What passing-bells for these who die as cattle
Only the monstrous anger of the guns
Only the stuttering rifles' rapid rattle...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten